DOSSIERS
Alle dossiers

Overige onderwerpen  

IT 4093

Onvoldoende toegelicht dat is voldaan aan contractuele verplichtingen

Rechtbank Overijssel 12 jul 2022, IT 4093; ECLI:NL:RBOVE:2022:2418 (Alektum tegen gedaagde ), https://www.itenrecht.nl/artikelen/onvoldoende-toegelicht-dat-is-voldaan-aan-contractuele-verplichtingen

Ktr. Rb. Overijssel 12 juli 2022, IT 4093; ECLI:NL:RBOVE:2022:2418 (Alektum tegen gedaagde) OK-it is een aanbieder van een app waarmee klanten hun aankopen in (web)winkels kunnen betalen. Gedaagde heeft diverse aankopen bij (web)winkels gedaan die door OK-it rechtstreeks zijn betaald aan de (web)winkels. OK-it kon de betaalde bedragen vervolgens echter niet van de betaalrekening van gedaagde incasseren. OK-it heeft de vordering op gedaagde gecedeerd aan Alektum. De kantonrechter stelt vast dat er sprake is van een kredietovereenkomst tussen OK-it als handelaar en gedaagde als consument. Er moest aan allerlei (pre)contractuele verplichtingen worden voldaan. Alektum heeft volgens de kantonrechter niet voldoende toegelicht dat deze voorschriften door OK-it zijn nageleefd bij het sluiten van de overeenkomst. Om die reden kan er door de kantonrechter ook niet worden vastgesteld of er voldaan is aan de (pre)contractuele verplichtingen. Alektum wordt door de kantonrechter dan ook in de gelegenheid gesteld zich hierover uit te laten. De kantonrechter verwijst de zaak naar de rol.

IT 4064

HvJ EU: RTL Television tegen Grupo Pestana en Salvor

HvJ EU 8 sep 2022, IT 4064; ECLI:EU:C:2022:643 (RTL Television tegen Grupo Pestana en Salvor), https://www.itenrecht.nl/artikelen/hvj-eu-rtl-television-tegen-grupo-pestana-en-salvor

HvJ EU 8 september 2022, IEF 20948, IT 4064, IEFbe 3539; C-716/20; ECLI:EU:C:2022:643 (RTL Television tegen Grupo Pestana en Salvor) Geding over het zonder voorafgaande toestemming van RTL ter beschikking stellen van de uitzendingen van een RTL-zender in de door Grupo Pestana en Salvor geëxploiteerde hotelkamers. Het Hof is verzocht om een prejudiciële beslissing over de volgende vragen:
1) Moet het begrip ‚doorgifte via de kabel’ in artikel 1, lid 3, van [richtlijn 93/83] aldus worden uitgelegd dat het niet alleen betrekking heeft op de gelijktijdige uitzending door een omroeporganisatie van een uitzending van een andere omroeporganisatie, maar ook op de gelijktijdige, integrale doorgifte via de kabel aan het publiek (al dan niet door een omroeporganisatie) van een eerste uitzending van radio- of televisieprogramma’s die voor ontvangst door het publiek bestemd zijn?
2) Is de gelijktijdige doorgifte van satellietuitzendingen van een televisiezender, via de coaxkabel, door middel van in hotelkamers geïnstalleerde televisietoestellen, te kwalificeren als een ‚doorgifte’ van die uitzendingen in de zin van artikel 1, lid 3, van [richtlijn 93/83]?

Beantwoording van de prejudiciële vragen:

IT 4039

Vernietiging overeenkomst wegens schending art. 6:230v lid 3 BW

Rechtbank Amsterdam 4 aug 2022, IT 4039; ECLI:NL:RBAMS:2022:4347 (bol.com tegen gedaagde), https://www.itenrecht.nl/artikelen/vernietiging-overeenkomst-wegens-schending-art-6-230v-lid-3-bw

Ktr. Rb. Amsterdam 4 augustus 2022, IT 4039; ECLI:NL:RBAMS:2022:4347 (bol.com tegen gedaagde) Gedaagde sluit zich aan bij het voorlopige oordeel van de kantonrechter over dat de overeenkomst tussen partijen vernietigd zou moeten worden omdat niet voldaan is aan artikel 6:230v lid 3 BW. De kantonrechter ziet geen aanleiding om terug te komen op het oordeel dat de overeenkomst moet worden vernietigd. Bol.com heeft zich al heel lang kunnen voorbereiden op de verplichtingen die gelden met betrekking tot bestelknoppen. Een gedeeltelijke vernietiging, zoals door bol.com voorgesteld, vindt de kantonrechter niet afschrikwekkend en doeltreffend genoeg. Het voorgaande leidt tot vernietiging van de overeenkomst en tot ongedaanmakingsverplichtingen. De vordering van bol.com wordt afgewezen.

IT 4026

Schade door misgelopen bitcoins

Rechtbank Gelderland 3 aug 2022, IT 4026; ECLI:NL:RBGEL:2022:3907 (Eisers tegen Stichting Nijverheidsweg), https://www.itenrecht.nl/artikelen/schade-door-misgelopen-bitcoins

Rb. Gelderland 3 augustus 2022, IT 4026; ECLI:NL:RBGEL:2022:3907 (eisers tegen Stichting Nijverheidsweg) In het tussenvonnis van 27 oktober 2021 werd aan Stichting Nijverheidsweg gelegenheid gegeven zich uit te laten over de door eisers gevorderde schade. Eisers meenden onder meer dat zij een vergoeding zouden moeten krijgen voor de Bitcoins die zij niet hebben kunnen minen door inbeslagname en verkoop van de goederen. De rechtbank oordeelt dat, ook al hadden eisers de miners kunnen vervangen, er redelijkerwijs enige tijd overheen was gegaan voordat de vervangende miners operationeel waren. Daarnaast overweegt de rechtbank dat, doordat de geleden schade onzeker is vanwege de speculatieve aard van de Bitcoin, dit er niet toe leidt dat er moet worden aangenomen dat er geen schade geleden is. De mogelijkheid dat eisers schade hebben geleden is voldoende aannemelijk geworden. De rechtbank oordeelt dan ook dat Stichting Nijverheidsweg de hierdoor geleden schade van eisers, nader op te maken bij staat, moet vergoeden.

IT 4020

Verwijzing naar hyperlink resulteert in onvoldoende onderbouwde vordering

Rechtbank Noord-Holland 20 jul 2022, IT 4020; ECLI:NL:RBNHO:2022:6302 (Yunling tegen The Good Products), https://www.itenrecht.nl/artikelen/verwijzing-naar-hyperlink-resulteert-in-onvoldoende-onderbouwde-vordering

Ktr. Rb. Noord-Holland 20 juli 2022, IT 4020; ECLI:NL:RBNHO:2022:6302 (Yunling tegen The Good Products) Yunling heeft ter onderbouwing van haar stellingen verwezen naar hyperlinks van een online omgeving. De kantonrechter stelt dat het niet aan haar is om zelf in die online omgeving op zoek te moeten gaan naar informatie die relevant kan zijn ter onderbouwing van de vorderingen van partijen. Yunling is verplicht om de feiten en gronden ter onderbouwing van haar vordering volledig, concreet, gemotiveerd en naar waarheid aan te voeren. Yunling heeft met de hyperlinks haar vordering onvoldoende onderbouwd. De kantonrechter wijst om deze reden de vordering van Yunling af.

IT 4018

Toegang tot volledige Microsoft-omgeving moet worden verzekerd

Rechtbank Amsterdam 3 mei 2022, IT 4018; ECLI:NL:RBAMS:2022:4452 (Eisers tegen Microsoft), https://www.itenrecht.nl/artikelen/toegang-tot-volledige-microsoft-omgeving-moet-worden-verzekerd

Vzr. Rb. Amsterdam 3 mei 2022, IT 4018; ECLI:NL:RBAMS:2022:4452 (Eisers tegen Microsoft) X N.V maakt gebruik van de diensten van Microsoft. X is op 22 april 2022 failliet verklaard. Eisers zijn als curatoren benoemd. De curatoren sommeerden Microsoft per e-mail van 26 april 2022 om toegang te verschaffen tot de Microsoft-omgeving. De curatoren kregen daarop bericht dat Microsoft B.V. en Microsoft Datacenter Netherlands B.V. niet de juiste vennootschappen zijn om in rechte te betrekken, aangezien zij de diensten niet leverden. De curatoren vorderen in deze zaak onder meer een veroordeling van Microsoft om het noodzakelijke te doen zodat toegang tot de Microsoft-omgeving wordt verzekerd. De rechtbank stelt vast dat curatoren een spoedeisend belang hebben bij toewijzing van hun vorderingen. Zij zijn als curatoren benoemd ter afwikkeling van het faillissement en dienen dus te beschikken over de volledige administratie van X. De voorzieningenrechter veroordeelt Microsoft Ireland Operations Limited (gedaagde 3) om al hetgeen noodzakelijk is te doen, zodat toegang tot de volledige Microsoft-omgeving wordt verzekerd. Daarnaast wordt het Microsoft Ireland Operations Limited door de voorzieningenrechter verboden om de Microsoft-omgeving te vernietigen of de toegankelijkheid ervan teniet te doen.

IT 4017

Bitcoins moeten worden terugbetaald

Rechtbank Midden-Nederland 18 mei 2022, IT 4017; ECLI:NL:RBMNE:2022:2078 (Eisers tegen gedaagde ), https://www.itenrecht.nl/artikelen/bitcoins-moeten-worden-terugbetaald

Rb. Midden-Nederland 18 mei 2022, IT 4017; ECLI:NL:RBMNE:2022:2078 (eisers tegen gedaagde) Eiser handelt privé in Bitcoins en heeft in 2018 eiseres opgericht. Gedaagde heeft Bitcoins beschikbaar gesteld om te worden ondergebracht in een door eiseres nog op te zetten fonds in cryptocurrency. Eiser heeft de Bitcoins van gedaagde beheerd en verhandeld. In de loop van 2019 zijn er verliezen ontstaan. Partijen hebben vervolgens een schuldbekentenis ondertekend. Eiser vordert in dit geding onder meer een verklaring voor recht dat eiser in juni 2018 met gedaagde een overeenkomst van opdracht tot het beheren en verhandelen van de Bitcoins van gedaagde is aangegaan. Daarnaast vordert eiser vernietiging van de schuldbekentenis vanwege (primair) bedreiging of misbruik van omstandigheden en (subsidiair) bedrog of dwaling. Ook vordert eiser een verklaring voor recht dat gedaagde onrechtmatig heeft gehandeld en dat hij aansprakelijk is voor de schade van eiser. 

IT 4014

Onvoldoende gesteld hoe overeenkomst tot stand is gekomen

Rechtbank Noord-Holland 29 jun 2022, IT 4014; ECLI:NL:RBNHO:2022:5697 (Zalando tegen gedaagde), https://www.itenrecht.nl/artikelen/onvoldoende-gesteld-hoe-overeenkomst-tot-stand-is-gekomen

Ktr. Rb. Noord-Holland 29 juni 2022, IT 4014; ECLI:NL:RBNHO:2022:5697 (Zalando tegen gedaagde) De vordering is gebaseerd op een overeenkomst tussen een handelaar en consument. In artikel 6:230v lid 3 BW staat een bijzondere verplichting voor de handelaar bij overeenkomsten die op elektronische wijze tot stand zijn gekomen. De handelaar moet het bestelproces bij dergelijke overeenkomsten zo inrichten dat de consument een aanbod pas kan aanvaarden als hem op niet voor misverstand vatbare wijze duidelijk is gemaakt dat zijn bestelling een betalingsverplichting inhoudt. Zalando hanteert op haar website een bestelknop met daarop ‘BESTELLEN EN BETALEN’. Wat betreft de smartphone app is het niet duidelijk of er op de bestelknop ‘BESTELLEN EN BETALEN’ of alleen ‘Bestel nu!’ staat. Zalando heeft onvoldoende gesteld en onderbouwd hoe de overeenkomst tot stand is gekomen. Hierdoor kan de kantonrechter niet beoordelen of voldaan is aan de verplichting uit artikel 6:230v lid 3 BW. De kantonrechter wijst om deze reden de vorderingen af.

IT 4012

Gestelde tekortkoming is onvoldoende onderbouwd

Rechtbank Overijssel 30 jun 2022, IT 4012; ECLI:NL:RBOVE:2022:1949 (Phone House tegen BrixCRM), https://www.itenrecht.nl/artikelen/gestelde-tekortkoming-is-onvoldoende-onderbouwd

Vzr. Rb. Overijssel 30 juni 2022, IT 4012; ECLI:NL:RBOVE:2022:1949 (Phone House tegen BrixCRM) BrixCRM zou in opdracht van Phone House een nieuw Commerce Platform gaan ontwikkelen en opleveren. BrixCRM laat vervolgens weten dat zij de afgesproken opleveringsdatum niet gaat halen. Phone House vordert onder meer nakoming van de gemaakte afspraken. In reconventie vordert BrixCRM betaling van twee facturen. De voorzieningenrechter oordeelt dat BrixCRM op basis van de opdrachtbevestiging redelijkerwijs mocht verwachten dat haar een opdracht was gegeven om een webshop op te richten die uniform werkte voor zowel de winkeliers als consument. Dat Phone House andere verwachtingen had, kan niet worden tegengeworpen aan BrixCRM. 

IT 4011

Slechts ten aanzien van borg duidelijke mededeling gedaan

Rechtbank Noord-Holland 1 jun 2022, IT 4011; ECLI:NL:RBNHO:2022:4676 (BSH Huishoudapparaten tegen gedaagde), https://www.itenrecht.nl/artikelen/slechts-ten-aanzien-van-borg-duidelijke-mededeling-gedaan

Ktr. Rb. Noord-Holland 1 juni 2022, IT 4011; ECLI:NL:RBNHO:2022:4676 (BSH Huishoudapparaten tegen gedaagde) Op grond van artikel 6:230v lid 3 BW moet een elektronisch bestelproces zo worden ingericht dat de consument een aanbod pas kan aanvaarden wanneer hem op niet voor misverstand vatbare wijze duidelijk gemaakt is dat zijn bestelling een betalingsverplichting inhoudt. Op de bestelknop van BSH staan de woorden ‘bevestig en borg betalen’. De kantonrechter oordeelt dat hiermee slechts ten aanzien van de borg een duidelijke mededeling is gedaan. Het is hiermee volgens de kantonrechter niet duidelijk dat de consument zich verbindt tot betaling van andere kosten. De kantonrechter meent dat er dus niet is voldaan aan de verplichting uit 6:230v lid 3 BW en dat de overeenkomst tussen BSH en gedaagde daarom vernietigbaar is. De vordering van BSH wordt afgewezen. BSH dient haar verplichtingen uit de overeenkomst echter nog wel na te komen.