Gepubliceerd op maandag 26 april 2021
IT 3492
Rechtbank ||
9 apr 2021
Rechtbank 9 apr 2021, IT 3492; ECLI:NL:RBAMS:2021:1994 (Eiser tegen Bitcoin Meester), https://www.itenrecht.nl/artikelen/geen-wanprestatie-bij-teruggedraaide-bitcoin-transactie

Geen wanprestatie bij teruggedraaide Bitcoin transactie

Rechtbank Amsterdam 9 april 2021, IT 3492, ECLI:NL:RBAMS:2021:1994 (Eiser tegen Bitcoin Meester) Eiser heeft een account op het online platform Bitcoin Meester waarop hij handelt in cryptogeld. Eiser heeft op een gegeven moment de cryptovaluta 'Hedera' van Bitcoin Meester gekocht, verspreid over 14 transacties, voor een veel lager bedrag dan de marktwaarde van destijds. Vervolgens heeft een bot van Bitcoin Meester dit herkend als een bug en de transacties teruggedraaid. Eiser spreekt van een gepleegde wanprestatie door Bitcoin Meester en eist dat zij de 'tokens' terug in zijn wallet stort. De rechtbank wijst de vorderingen van eiser af omdat deze er niet gerechtvaardigd op mocht vertrouwen dat er een geldige overeenkomst tot stand is gekomen tussen Bitcoin Meester en hem.

1.7. Vervolgens moet de rechtbank de vraag beantwoorden of voor elk van de 14 transacties een afzonderlijke overeenkomst tot stand is gekomen tussen partijen. Bij beantwoording van deze vraag geldt de zogenoemde wilsvertrouwensleer. Gekeken moet worden naar de wil van partijen, zoals zij die over en weer jegens elkaar hebben geopenbaard. De wet beschermt alleen het gerechtvaardigd vertrouwen op de verklaring van de ander, in dit geval het aanbod van Bitcoin Meester (vlg. artikel 3:35 van het Burgerlijk Wetboek). De vraag is dus: mocht [eiser] er op vertrouwen dat Bitcoin Meester de Hedera keer op keer voor een beduidend hogere prijs van hem wilde terugkopen dan waarvoor zij deze even tevoren aan hem had verkocht? Daarbij is van belang dat het in dit geval niet ging om één transactie, maar 14 gelijksoortige transacties binnen 12 minuten. Voorts werd de winst in dit geval niet geboekt door een koersstijging, maar doordat de wederpartij keer op keer bereid was de valuta voor hoger bedrag terug te kopen dan waarvoor zij dezelfde valuta even tevoren had verkocht.

1.8. Dit laatste is economisch gezien niet rationeel. Het tweede bijzondere aspect is dat met de transacties geen koerswinst, maar transactiewinst werd gemaakt. Er is op elke afzonderlijke transactie winst gemaakt en steeds op dezelfde manier. [eiser] kon namelijk voor een 2,5 tot 25 hogere prijs Hedera verkopen dan de prijs waarvoor hij Hedera inkocht. Ook dit is uitzonderlijk en ongebruikelijk. Op basis van deze twee aspecten mocht [eiser] er niet gerechtvaardigd op vertrouwen dat er steeds een overeenkomst tussen hem en Bitcoin Meester tot stand was gekomen. Omdat er geen overeenkomst ten grondslag ligt aan elk van de 14 transacties kan er geen sprake zijn van wanprestatie door Bitcoin Meester. Dit betekent dat ook de vorderingen tot nakoming en schadevergoeding worden afgewezen.