AI-Forum gelanceerd: hét platform voor AI en recht

De ontwikkelingen op het gebied van kunstmatige intelligentie (AI) gaan razendsnel, en de juridische impact ervan is niet te onderschatten. Hoe verhouden AI-beslissingen zich tot aansprakelijkheidsrecht? Wat betekent AI voor privacy en databescherming? En hoe zit het met auteursrecht op door AI gegenereerde content? Deze en vele andere vragen komen aan bod op AI-Forum, het nieuwe platform van deLex waar expertise en actualiteit samenkomen.
Beoordeling normaal gebruik van het merk AIRBNB, gedeeltelijke vernietiging EUIPO-beslissing door het Hof

Hof van Justitie van de Europese Unie 21 mei 2025, IEF 22733; IT 4875; Zaak T-94/24 (Airbnb tegen EUIPO, Airtasker). Airbnb vordert gedeeltelijke vernietiging van de beslissing van de Tweede Kamer van Beroep van het EUIPO van 18 december 2023. De zaak betreft het woordmerk AIRBNB, dat sinds ingeschreven is voor verschillende dienstclassificaties. In 2020 heeft Airtasker een vordering ingediend tot vervallenverklaring wegens vermeend gebrek aan normaal gebruik. De nietigheidsafdeling heeft deze vordering in 2022 gedeeltelijk toegewezen. Airbnb en Airtasker hebben beide beroep ingesteld: Airbnb tegen de toewijzing, Airtasker tegen de afwijzing van de andere klassen. De Kamer van Beroep oordeelde dat Airbnb onvoldoende bewijs had leverd van normaal gebruik voor verschillende diensten in klassen 35, 36, 38, 39, 41 en 43. Het Hof herhaalt eerst dat volgens artikel 58 van de Europese Merkenverordening een merk vervallen wordt verklaard als het gedurende vijf jaar niet normaal is gebruikt binnen de EU voor de waren of diensten waarvoor het is ingeschreven en er geen geldige reden is voor het niet-gebruik. Dit gebruik moet openbaar en aantoonbaar zijn, en niet slechts symbolisch zijn of berusten op vermoedens of aannames.
Verzoek om prejudiciële beslissing over streamingdiensten: digitale dienst, of digitale inhoud?
Verzoek van Oberster Gerichtshof 27 maart 2025, IT 4873; Zaak C-234/25 (Verzoeker tegen verweerster). Verzoeker is een vereniging voor de behartiging van consumentenbelangen. Verweerster biedt streamingdiensten aan. Klanten kunnen programma’s ‘live’ of ‘on demand’ kijken. Afhankelijk van de betreffende licentiegever zijn ook downloads mogelijk. Het programma wordt dan in eigen geheugen opgeslagen en kan slechts één keer bekeken worden, binnen 48 uur. Bij het aangaan van het abonnement gaat een consument ermee akkoord dat de aanbieder voor het verstrijken van de herroepingstermijn van 14 dagen met de uitvoering van de overeenkomst begint. Hierdoor verliest de consument op het moment van de bestelling van een abonnement het herroepingsrecht. Verzoeker vordert dat verweerster deze voorwaarde aanpast, aangezien deze onjuist is. Bij een streamingabonnement is sprake van een ‘digitale dienst’, waarbij de volledige uitvoering van de dienst pas leidt tot het verlies van het herroepingsrecht. Verweerster meent echter dat er sprake is van ‘digitale inhoud’. In eerste aanleg werd de vordering afgewezen, in tweede aanleg is de vordering toegewezen. Tegen deze uitspraak heeft verweerster beroep ingesteld. In dit kader stelt de verwijzende rechter de volgende vraag:
Hof bekrachtigt vonnis van kantonrechter: schadevergoeding afgewezen
Hof Arnhem-Leeuwarden 6 mei 2025, IT 4874; ECLI:NL:GHARL:2025:2764 (Appellante tegen Geïntimeerde). Appellante heeft een kapperszaak en is de stiefmoeder van Geïntimeerde, die IT-dienstverlener is. Geïntimeerde heeft ten behoeve van de kapperszaak abonnementen afgesloten op het gebied van internet en telefonie. Na een ruzie tussen Appellante en Geïntimeerde heeft Geïntimeerde deze abonnementen opgezegd. De opzegging was volgens Appellante op een te korte termijn en ze verwijt Geïntimeerde dat de internetsite van de kapperszaak op een bepaald moment niet meer bereikbaar was, waardoor ze een nieuwe website moest laten bouwen. Geïntimeerde zou onrechtmatig hebben gehandeld, dan wel tekort zijn geschoten in de nakoming van zijn verplichtingen en hij moet volgens Appellante schade vergoeden, als gevolg daarvan. De kantonrechter oordeelde dat de omstandigheden door de ruzie zodanig waren veranderd, dat van Geïntimeerde niet kon worden verlangd dat hij de overeenkomst zou voortzetten. Daarnaast is de door hem gehanteerde opzegtermijn passend. De kantonrechter oordeelde over de kosten van de bouw van de website dat niet kan worden vastgesteld dat Appellante deze heeft gedragen, want ze heeft de kapperszaak verkocht. Het hof is van oordeel dat Appellante de schade onvoldoende heeft onderbouwd en het causale verband ontbreekt. Het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter.
ACM op weg naar eerste ‘betrouwbare flagger’ onder de DSA: ontwerpbesluit voor Stichting Offlimits gepubliceerd
Meer weten of deze, en andere ontwikkelingen rondom de DSA? Op dinsdag 3 juni 2025 geven Dorien Verhulst en Fatiya Munkaila (beiden Brinkhof) een Online Update over de Digital Services Act. Aanmelden is nog mogelijk.
De Autoriteit Consument & Markt (ACM) heeft op 19 mei 2025 een ontwerpbesluit gepubliceerd waarin zij voornemens is Stichting Offlimits aan te wijzen als eerste Nederlandse ‘betrouwbare flagger’ onder de Digital Services Act (DSA). Hiermee zet de toezichthouder een belangrijke stap in de uitvoering van haar nieuwe bevoegdheden onder deze Europese verordening, die sinds februari formeel onder het takenpakket van de ACM vallen. De status van betrouwbare flagger is bedoeld voor organisaties die op structurele wijze melding maken van illegale inhoud op onlineplatforms. Dergelijke meldingen moeten door platforms met voorrang worden behandeld. Dit betekent echter niet dat het platform verplicht is om gemelde inhoud te verwijderen; het platform beoordeelt de melding zelfstandig. Stichting Offlimits is onder meer bekend van de initiatieven Meldpunt Kinderporno en Helpwanted. De organisatie houdt zich al jarenlang bezig met het bestrijden van online seksueel kindermisbruik en ander grensoverschrijdend gedrag zoals doxing, chantage met naaktbeelden en online stalking. De ACM concludeert in haar ontwerpbesluit dat Offlimits over voldoende expertise beschikt, onafhankelijk opereert van platformaanbieders en haar meldingen op zorgvuldige wijze doet. Daarmee voldoet zij aan de voorwaarden uit artikel 22 lid 2 DSA.
Indien het ontwerpbesluit na de consultatiefase wordt bekrachtigd, verkrijgt Offlimits de status van betrouwbare flagger voor een periode van drie jaar. De consultatie loopt tot 30 juni 2025.
Inzageverzoek van eiseres was te ongericht, terecht afgewezen door minister
Rb. Den Haag 16 april 2025, IT 4870; ECLI:NL:RBDHA:2025:6423 (Eiseres tegen minister van Financiën). Eiseres heeft bij de minister van Financiën verzocht om een kopie van haar volledige dossier vanaf 2006, inclusief alle interne en externe correspondentie. Ook wilde ze inzage in en een kopie van alle stukken met betrekking tot een klacht over haar bij het Centraal Meldpunt Agressie (hierna: CMA) van de Belastingdienst. De minister heeft dit verzoek afgewezen, met als reden dat de gevraagde informatie niet onder het begrip persoonsgegevens in de zin van de AVG valt. Eiseres vordert in beroep dat zij volledige inzage krijgt in haar dossier, waaronder zowel interne als externe correspondentie. De rechter overweegt dat het verzoek van eiseres te ongericht is, omdat zij niet heeft gepreciseerd in welke applicaties of systemen gezocht moet worden. De minister mocht van eiseres verwachten dat zij haar verzoek specifieker zou maken. Daarnaast is het dossier over de klacht bij het CMA op verzoek van eiseres vernietigd, waardoor inzage daarin niet meer mogelijk is. De rechtbank concludeert dan ook dat de rechtbank het inzageverzoek terecht heeft afgewezen.
Hof bevestigt rechtmatigheid van ING-registratie wegens integriteitsrisico’s
Hof Amsterdam 13 mei 2025, IT 4871; ECLI:NL:GHAMS:2025:126 (Appellant tegen ING). Appellant exploiteerde een eenmanszaak in de handel van oud ijzer en metalen en was zowel privé als zakelijk klant bij ING. ING heeft de zakelijke bankrelatie met appellant beëindigd vanwege grote, niet te verantwoorden cashuitgaven en het ontbreken van een adequate boekhouding. Tevens werd vastgesteld dat appellant onvoldoende maatregelen nam om betrokkenheid bij heling, witwassen en andere financiële criminaliteit uit te sluiten. ING heeft vervolgens persoonsgegevens van appellant opgenomen in haar Gebeurtenissenadministratie en het Interne Verwijzingsregister (IVR) voor een periode van acht jaar. Appellant vorderde in eerste aanleg en in hoger beroep verwijdering van zijn persoonsgegevens uit de Gebeurtenissenadministratie en het IVR van ING. Hij stelt dat de verwerking van zijn gegevens onrechtmatig is, onder meer omdat deze volgens hem als strafrechtelijke persoonsgegevens moeten worden aangemerkt en niet accuraat of noodzakelijk waren.
Online update Digital Services Act - dinsdag 3 juni 2025, 09.00 - 10.00 uur

De Digital Services Act (DSA) is op veel plaatsen inmiddels van kracht, maar roept in de praktijk nog steeds vragen op. Hoe zit het ook alweer met de verplichtingen van online platforms? Wat mogen gebruikers verwachten? En wat moeten organisaties nu écht weten?
Tijdens een online sessie van één uur op dinsdag 3 juni 2025 praten Dorien Verhulst en Fatiya Munkaila (beiden Brinkhof) u bij over de belangrijkste verplichtingen en rechten onder de DSA. De bijeenkomst is gericht op Nederlandse eindgebruikers, bedrijven en organisaties die met de DSA te maken hebben of krijgen.
Onderwerpen die aan bod komen:
- Hoe werkt contentmoderatie onder de DSA?
- Welke transparantie is vereist bij algoritmes en online reclame?
- Wat houdt het recht op datatoegang voor onderzoekers in?
- Hoe werkt buitengerechtelijke geschillenbeslechting in de praktijk?
Coeo Incasso mocht gegevens verwerken voor inning vordering Staatsloterij
Rb. Amsterdam 24 april 2025, IT 4869; ECLI:NL:RBAMS:2025:3052 (Verzoeker tegen Coeo Incasso). Verzoeker wil dat zijn persoonsgegevens bij Coeo Incasso worden verwijderd, omdat volgens hem een vordering van de Staatsloterij ten onrechte zou bestaan. Dit vordert verzoeker dan ook bij de rechtbank. Hij beroept zich hierbij op artikel 35 van de UAVG en stelde dat zijn gegevens onrechtmatig waren verwerkt. Coeo Incasso verweert zich door te stellen dat zij een wettelijke grondslag heeft voor de verwerking in het kader van incassowerkzaamheden. De vordering van de Staatsloterij bedroeg € 17,50 aan hoofdsom, verhoogd tot € 57,50. Uit door Coeo overgelegde e-mails blijkt dat er sprake was van een rechtsverhouding tussen verzoeker en de Staatsloterij, waaronder levering van een lot en een teruggedraaide betaling. De rechtbank oordeelt dat het beroep van verzoeker op artikel 7A:1825 BW niet opgaat, omdat dit artikel alleen van toepassing is op illegale kansspelen zonder vergunning, en de Staatsloterij een vergunning heeft. Verder is de verwerking van persoonsgegevens door Coeo Incasso rechtmatig op grond van artikel 6 lid 1 sub c AVG, omdat zij wettelijk verplicht is incassogegevens tot twee jaar te bewaren. Daarnaast mag Coeo het recht op gegevenswissing buiten toepassing laten als dat noodzakelijk en evenredig is voor incassodoeleinden. Het verzoek tot verwijdering van de gegevens wordt dan ook afgewezen.
Uitspraak ingezonden door Floris de Vriend, Banning.
Geen auteursrechten op Paiton software bij NScale, inbreukvordering afgewezen
Vzr. Rb. Amsterdam 8 mei 2025, IEF 22710, IT 4867; C/13/766407 (NScale tegen Eliovp en Wolker). Kort geding. NScale is een grootschalig datacenter. Eliovp is gespecialiseerd in verkoop en optimalisatie van hardware. Wolker optimaliseert en ontwikkelt softwaremodellen, die onder andere worden gebruikt voor de hardware optimalisaties die Eliovp aanbiedt. Tussen NScale enerzijds en Eliovp en Wolker anderzijds bestaan opdrachtovereenkomsten. Dit geschil draait om door Eliovp en Wolker ontwikkelde software Paiton. NScale stelt dat auteursrechten op Paiton software haar toekomen op grond van de opdrachtovereenkomsten. Eliovp en Wolker betwisten dit. Eliovp introduceert de Paiton software, waarop NScale de inbreukvordering instelt. De voorzieningenrechter oordeelt dat het niet aannemelijk is dat de Paiton software onderdeel was van de opdrachten. Daarom rusten de auteursrechten van Paiton software niet bij NScale en wordt de inbreukvordering afgewezen. De reconventionele vorderingen, waaronder het wapperverbod, een rectificatie en een geldvordering, worden eveneens afgewezen.