Gepubliceerd op dinsdag 9 september 2025
IT 4947
Rechtbank Den Haag ||
30 jun 2025
Rechtbank Den Haag 30 jun 2025, IT 4947; ECLI:NL:RBDHA:2025:15486 (Eiser tegen Bybit), https://www.itenrecht.nl/artikelen/bybit-moet-gegevens-verstrekken-bij-boilerroomfraude

Bybit moet gegevens verstrekken bij boilerroomfraude

Rb. Den Haag 30 juni 2025, IT4947, ECLI:NL:RBDHA:2025:15486 (Eiser tegen Bybit). Het geschil tussen eiser en Bybit gaat over boilerroomfraude. Eiser stelt dat hij in de dagvaarding dat hij door oplichting ertoe is bewogen om te investeren in cryptovaluta. Daarna is eiser slachtoffer geworden van vervolgfraude ('recovery fraude'). Eiser heeft met een blockchain tracing-onderzoek achterhaald dat de gestolen cryptovaluta van ETH Recovery scam zijn ontvangen op een deposit adres dat onderdeel is van exchangeplatform Bybit. Het bij dit adres behorende gebruikersaccount staat op naam van een persoon. De vorderingen van eiser in dit kort geding strekken ertoe de naam- en adresgegevens van de bij het gebruikersaccount behorende persoon van Bybit te verkrijgen, zodat eiser een bodemprocedure tegen die persoon kan beginnen. Daarnaast wil eiser het gebruikersaccount laten bevriezen, zodat hij zich later bij een toewijzend bodemvonnis op de activa in dit account kan verhalen. 

Bybit is niet verschenen. In spoedeisende gevallen kan de voorzieningenrechter dan verstek verlenen, dit heeft hij ook gedaan. Verder komen de vorderingen van eiser niet onrechtmatig en ook niet ongegrond voor. Daarnaast heeft eiser volgens de voorzieningenrechter een belang bij deze vordering nu hij voldoende heeft onderbouwd dat de kans klein is dat de gebruiker zelf verhaal biedt, omdat bij dit type fraude veelal geldezels worden ingezet door de fraudeurs, die zelf geen verhaal bieden (anders dan vanuit het bevroren gebruikersaccount). Daarnaast is het gevorderde proceseconomisch efficiënt, omdat Bybit dan niet opnieuw (als neutrale partij) hoeft te worden meegenomen in de bodemprocedure tegen de gebruiker van het account. De voorzieningenrechter beveelt Bybit een afschrift te verstrekken van de identificeerbare gegevens van de persoon behorende bij het gebruikersaccount.  

2.5 De vorderingen van [eiser] komen de voorzieningenrechter niet onrechtmatig en ook niet ongegrond voor. Dat geldt ook voor de vordering onder V, die ertoe strekt dat Bybit nu al op voorhand wordt veroordeeld om bij een in het voordeel van [eiser] gewezen bodemvonnis tegen de gebruiker van het account, op vertoon van dat vonnis ter vergoeding van de schade crypto te verzenden naar een account op naam van [eiser] . [eiser] heeft een rechtens te respecteren belang bij deze vordering, nu hij voldoende heeft onderbouwd dat de kans klein is dat de gebruiker zelf verhaal biedt, omdat bij dit type fraude veelal geldezels worden ingezet door de fraudeurs, die zelf geen verhaal bieden (anders dan vanuit het bevroren gebruikersaccount). Daarnaast is het gevorderde proceseconomisch efficiënt, omdat Bybit dan niet opnieuw (als neutrale partij) hoeft te worden meegenomen in de bodemprocedure tegen de gebruiker van het account. Bovendien volgt uit de afspraken die (de advocaat van) [eiser] en Bybit in de aanloop naar dit kort geding buitengerechtelijk met elkaar hebben gemaakt, dat Bybit zich niet tegen deze vordering verzet en bereid is om op vertoon van een toewijzend vonnis activa uit het bevroren account aan [eiser] uit te betalen. Ten slotte zijn ook de belangen van de (eventueel te dagvaarden) gebruiker van het account voldoende gewaarborgd, nu bij het aanhangig maken van een bodemprocedure tegen die gebruiker ook dit kortgedingvonnis aan hem moet worden meebetekend, zodat de gebruiker daarmee ook van de veroordeling tot afdracht van de activa op de hoogte zal zijn.