Gepubliceerd op dinsdag 31 mei 2011
IT 379
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Geen gebruik acceptgiro = geen verplichting tot betaling kosten hiervan

Rechtbank Breda 25 mei 2011, LJN BQ6459, (sector kanton, eiseres tegen KPN)

Eiseres heeft overeenkomst met KPN sinds 1995. Vanaf 2007 brengt KPN extra kosten in rekening voor betaling per acceptgiro. Eiseres weigert deze extra kosten te betalen, nu zij via internetbankieren haar rekeningen voldoet. Kantonrechter oordeelt: op grond van overeenkomst en op grond van wet (art. 6:47 lid 1 jo. 6:114 BW) niet gehouden tot betaling van acceptgirokosten nu eiseres deze verandering nooit aanvaard heeft en deze dienst niet gebruikt. Eiseres krijgt ook schadevergoeding i.v.m. afsluiten telefoon. In redelijkheid en billijkheid kon KPN de telefoonlijn niet afsluiten, nu er maar sprake was van zeer geringe betalingsachterstand (€2.52) en eiseres altijd correct en op tijd betaald heeft. Geen immateriële schadevergoeding.

3.5 Dat partijen in juni 2007 nader zijn overeengekomen dat KPN aan [X] de kosten voor betaling middels acceptgiro in rekening mag brengen, is gesteld noch gebleken. Weliswaar zou de aankondiging van KPN in één van haar nieuwsbrieven dat zij voortaan € 1,25 aan vergoeding gaat vragen aan klanten die met een acceptgiro willen betalen, kunnen worden gezien als een aanbod tot een hernieuwde overeenkomst, maar vast staat dat [X] dit aanbod niet heeft aanvaard. Zij heeft vrijwel direct aan KPN kenbaar gemaakt niet in te stemmen met het in rekening brengen van de acceptgirokosten, door deze kosten onbetaald te laten en schriftelijk hieromtrent bij KPN haar beklag te doen.

3.6 Dat [X] op grond van de overeenkomst gehouden is de acceptgirokosten aan KPN te voldoen is dan ook niet komen vast te staan. Aldus dient te worden beoordeeld of [X] daartoe op grond van de wet gehouden is.

3.10 [X] is op grond van het eerste lid van artikel 6:114 BW gerechtigd om haar verbintenis te voldoen door het aan KPN verschuldigde bedrag aan abonnements- en gebruikskosten op de bankrekening van KPN te doen bijschrijven. Gesteld noch gebleken is dat KPN girale betaling op de desbetreffende rekening met nummer 5202600 heeft uitgesloten. Dit rekeningnummer staat immers ook op de acceptgiro’s. Voor een girale betaling middels internetbankieren behoeft [X] geen acceptgirokaart te ontvangen. Als door KPN niet weersproken staat vast dat [X] in het contact met KPN na juli 2007 heeft verzocht om toezending van een factuur zonder aangehechte acceptgirokaart. Dat het automatiseringsysteem van KPN kennelijk niet de mogelijkheid biedt om aan klanten, die geen gebruik willen maken van de acceptgiro, een factuur zonder acceptgiro toe te zenden, is een omstandigheid die naar het oordeel van de kantonrechter voor rekening van KPN dient te blijven. KPN verzendt bovendien naar klanten die via een automatische incasso betalen wel facturen zonder acceptgiro. De kantonrechter is van oordeel dat [X] niet hoeft te betalen voor een door KPN aangeboden dienst, die zij niet heeft aanvaard en waarvan zij ook geen gebruik maakt. De kosten voor het drukken van de acceptgirokaart en het verzenden daarvan aan [X], blijven voor rekening van KPN. Aangezien [X] geen gebruik maakt van de acceptgiro, zal de bank geen kosten voor de verwerking van de acceptgiro aan KPN in rekening brengen. [X] is dan ook niet gehouden om de bancaire kosten voor betaling middels acceptgiro van (circa) € 0,25 aan KPN te betalen. De genoemde kosten betreffen geen reële kosten van KPN in verband met de betaling.

3.17 Gezien het voorgaande komt de kantonrechter tot een bedrag van € 0,14 aan kosten in verband met de betaling via internetbankieren, die KPN op grond van artikel 6:47 lid 1 BW aan [X] in rekening kan brengen.

3.18 Dit bedrag tot uitgangspunt nemende, stond op het moment dat KPN de vaste telefoonlijn van [X] afsloot, een bedrag van € 2,52 open. Naar het oordeel van de kantonrechter is deze tekortkoming van [X] zodanig gering, dat de uitoefening door KPN van haar bevoegdheid tot opschorting van haar verplichtingen ex artikel 6:52 BW naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Dit geldt te meer nu vast staat dat [X] vanaf 1995 haar abonnement- en gebruikskosten altijd correct en tijdig heeft betaald.

Lees het vonnis hier (link / pdf)