Gokreclame in kinderspel "Frozen Free Fall" in strijd met goede smaak en fatsoen

RCC 6 juni 2025, RB 3914, IT 4898; 2025/00163 (Klager tegen verweerder). Tijdens het spel “Frozen Free Fall”, mede gericht op kinderen, werd reclame vertoond voor het gokspel “Nile Jelly Leap”, waarbij verwezen werd naar de App Store. Klager acht dit ongeschikt gezien de aard van het spel en de jonge doelgroep. De voorzitter beoordeelt de klacht op grond van artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC), dat betrekking heeft op goede smaak en fatsoen. Hoewel dit subjectieve normen betreft, acht de voorzitter het aannemelijk dat het kinderspel een jong publiek bereikt. Het tonen van gokreclame in een dergelijke context is ongeschikt en daarmee in strijd met deze norm. De reclame-uiting is in strijd met artikel 2 NRC, voor zover deze tijdens een spel wordt getoond dat (mede) is gericht op kinderen. De voorzitter beveelt adverteerder aan om niet opnieuw op deze wijze reclame te maken.

3. De inhoud en aard van de Relevante Relatie is in ieder geval duidelijk herkenbaar indien wordt aangesloten bij de suggesties genoemd in de toelichting bij artikel 3 RSM. Nu niet is aangesloten bij deze suggesties, dient te worden beoordeeld of de Relevante Relatie anderszins duidelijk en op eenvoudig toegankelijke wijze is geopenbaard, bijvoorbeeld door opmaak en/of presentatie, mede gelet op de context en het platform dat is gebruikt. Naar het oordeel van de Commissie is het vermelden van een gepersonaliseerde kortingscode (de naam van influencer) in de video of in de beschrijving, gevolgd door “@[naam adverteerder]”, onvoldoende informatief. Weliswaar volgt hieruit dat er sprake is van enige samenwerking tussen influencer en adverteerders, maar dit maakt onvoldoende duidelijk wat de inhoud van die relatie is. Van de gemiddelde consument kan niet worden verwacht dat hij/zij op basis van een kortingscode en de vermelding van de naam van een adverteerder – ook niet met de toevoeging “+ je support mij! <3” – zonder meer begrijpt dat er sprake is van een onderliggende commerciële relatie, waarbij influencer een financieel voordeel (bij het gebruiken van de kortingscode) en een materiaal voordeel (door het ontvangen van bepaalde producten) ontvangt. Derhalve is, binnen de context van de gehele uiting bezien, naar het oordeel van de Commissie onvoldoende kenbaar gemaakt dat er sprake is van een Relevante Relatie tussen influencer en adverteerders.