IT 4539
29 april 2024
Uitspraak

Conclusie A-G: Facebook mag openbare gegevens over seksuele geaardheid niet gebruiken voor persoonlijke advertenties

 
IT 4537
29 april 2024
Uitspraak

Eiseres en gedaagde beide slachtoffer van cryptofraude

 
IT 4538
25 april 2024
Artikel

Seminar Uitingsvrijheid op donderdag 16 mei 2024

 
IT 3243

Overeenkomst rechtsgeldig ontbonden door leverancier

, IT 3243; (Leverancier tegen Afnemer), https://www.itenrecht.nl/artikelen/overeenkomst-rechtsgeldig-ontbonden-door-leverancier

SGOA arbitraal vonnis 2019, IT 3243; (Leverancier tegen Afnemer) Telecommunicatierecht. Contractenrecht. Afnemer en Leverancier zijn een overeenkomst aangegaan voor de implementatie van Microsoft Dynamics NAV. Op een bepaald moment stopt Afnemer met de betaling van de facturen van Leverancier, omdat Leverancier te kort zou zijn gekomen in de nakoming van de overeenkomst. Leverancier vordert veroordeling van Afnemer tot betaling van de facturen en vergoeding van de schade, onder meer vanwege gederfde omzet. De ingebrekestelling van Afnemer bevatte geen termijn en was onvoldoende concreet geformuleerd, waardoor Leverancier niet in verzuim is geraakt. Bovendien waren de tekortkomingen door Leverancier niet wezenlijk genoeg om de betalingsverplichting op te schorten. De overeenkomst is door Leverancier rechtsgeldig ontbonden. De vorderingen van Leverancier worden toegewezen. Afnemer zal worden veroordeeld in de kosten van arbitrage.

IT 3241

YouTube mocht video’s met desinformatie Covid-19 verwijderen

Rechtbank 9 sep 2020, IT 3241; ECLI:NL:RBAMS:2020:4435 (Eisers tegen YouTube), https://www.itenrecht.nl/artikelen/youtube-mocht-video-s-met-desinformatie-covid-19-verwijderen

Vzr. Rechtbank Amsterdam 9 september 2020, IT 3241; ECLI:NL:RBAMS:2020:4435 (Eisers tegen YouTube) Mediarecht. Vrijheid van meningsuiting. Kort geding. Eiser 1 heeft interviews gehouden met eiser 2, een huisarts, die op het YouTube-kanaal van burgerjournalistiek platform Café Weltschmerz zijn geplaatst. In de video’s wordt gesteld dat het geneesmiddel Hydroxychloroquine werkt tegen Covid-19. YouTube heeft de interviews verwijderd op grond van het door haar opgestelde ‘Beleid tegen misleidende medische informatie over COVID-19’. Eisers vorderen samengevat YouTube te veroordelen de video’s terug te plaatsen. Volgens eisers grijpt YouTube te diep in op hun vrijheid van meningsuiting en pleegt zij daarmee censuur. Strikte toepassing door YouTube van haar beleid om uitsluitend content die in lijn is met de WHO en het RIVM toe te laten wordt te beperkt geacht, maar het gaat erom hoe YouTube haar beleid inzet. De interviews worden als desinformatie aangemerkt en mochten derhalve door YouTube worden verwijderd. De vorderingen van eisers worden afgewezen.

IT 3239

Vonnis bekrachtigd voor zover dit ziet op cartridge-octrooi EP 537

Hof 21 apr 2020, IT 3239; ECLI:NL:GHDHA:2020:1624 (DR en Maxperian tegen Samsung), https://www.itenrecht.nl/artikelen/vonnis-bekrachtigd-voor-zover-dit-ziet-op-cartridge-octrooi-ep-537

Hof Den Haag 21 april 2020, IEF 19415, IT 3239; ECLI:NL:GHDHA:2020:1624 (DR en Maxperian tegen Samsung) Octrooizaak, vervolg op ECLI:NL:RBDHA:2014:10647 en ECLI:NL:RBDHA:2014:10645. Samsung is een elektronicaconcern en was houdster van diverse octrooien en gemeenschapsmodellen van tooncartridges voor laserprinters, onder meer Europees octrooi 2 357 537 (EP 537). Maxperian en DR exploiteren beide webwinkels in printers en tonercartridges. Zij verhandelen onder hun huismerk tonercartridges die compatibel zijn met de CLP-, ML- en/of SCX-printers van Samsung en gebruiken daarbij de typenummers van de Samsung cartridges. Er wordt geoordeeld dat de grieven van DR c.s. met betrekking op EP 537 niet slagen en dat het vonnis in zoverre zal worden bekrachtigd. De grieven die zien op de toewijzing van de vorderingen van Samsung in conventie voor zover gebaseerd op EP 744, GM 687 en GM 551, als ook de grieven die zien op de afwijzing van de vorderingen in reconventie van DR c.s. strekkende tot vernietiging respectievelijk nietigverklaring van EP 744, GM 687 en GM 551 slagen. In zoverre zal het vonnis worden vernietigd.
Dat een consument zich bij de aankoopbeslissing van een cartridge zal laten leiden door vormgevingsaspecten is niet aannemelijk. Alle uiterlijke kenmerken van GM 687 en GM 551 zijn uitsluitend technisch bepaald, zodat deze van bescherming op grond van het gemeenschapsmodellenrecht zijn uitgesloten. Ook het beroep op slaafse nabootsing strandt.

IT 3238

Save the date: november kunstmaand

Save the dates! In november organiseert deLex een expositie bij Pulchri Studio in Den Haag en een serie (online) flitsseminars over Kunst & IE, onder de noemer 'The Return'. Met Brigitte Spiegeler als curator bespreken verschillende (internationale) experts de juridische, praktische en IE-aspecten van het maken, verhandelen en verzamelen van kunst. De opening in Pulchri is op 14 november 2020 in Den Haag.

Onderwerpen van de seminars:

Deelseminar 1, Return to the owner
Restitutie van Kunst , belangrijke beslissingen van de Restitutie Commissie
Deelseminar 2, Return the money
Droit de Suite – Volgrecht – remuneration returns back to the maker
Deelseminar 3, Return to the source, 'the making of' 
Auteursrecht en de kunstpraktijk
Deelseminar 4, Return to the future
Artificial Intelligence, law & art
Deelseminar 5, New ways of dispute resolution in Art matters 

Data: donderdag 19 november, vrijdag 20 november, dinsdag 24 november, woensdag 25 november, vrijdag 27 november*
Binnenkort publiceren we meer details!

* Data en programmering onder voorbehoud

IT 3237

Artikel ingezonden door Dirk Visser, Visser Schaap & Kreijger.

Dirk Visser: Szpunar gooit BestWater uit het raam

Maciej Szpunar is een held. Hij verdient een standbeeld en een eredoctoraat. Of je het er nu helemaal mee eens bent of niet, de manier waarop hij de rechtspraak van het HvJ EU over hyperlinken in zijn conclusie in de zaak VG Bild-Kunst [IEF 19408] probeert de goede kant op te buigen is meesterlijk. Lees de conclusie van hem, lees ‘m helemaal. (zie ook het persbericht).


“72.      Stelt u zich namelijk eens voor wat de gevolgen zijn van het arrest Svensson e.a.(61) in een soortgelijke situatie als die welke tot het arrest Renckhoff heeft geleid. Volgens laatstgenoemd arrest is er sprake van schending van de rechten van een auteursrechthebbende wanneer zijn beschermde werk is gedownload van een website waarop het met diens toestemming voor het publiek beschikbaar was gesteld, en op een andere website wordt geplaatst. Het plaatsen van een link op de tweede website naar hetzelfde werk dat op de eerste site beschikbaar is, zelfs door middel van framing, zodat het werk wordt weergegeven alsof het op de tweede site is geplaatst, zou evenwel niet onder het alleenrecht van de auteur vallen en dus geen inbreuk op dat alleenrecht maken.(62) Het publiek van de oorspronkelijke beschikbaarstelling zou in beide gevallen echter hetzelfde zijn: alle internetgebruikers!

73.      In navolging van het Hof in het arrest Renckhoff(63) moet dus worden geoordeeld dat het publiek dat de auteursrechthebbende bij de beschikbaarstelling van een werk op een website in aanmerking heeft genomen, bestaat uit het publiek dat die website raadpleegt. Een dergelijke definitie van het publiek dat door de houder van het auteursrecht in aanmerking is genomen, vormt mijns inziens een goede afspiegeling van de werkelijkheid van internet. Een vrij toegankelijke website kan in theorie immers door iedere internetgebruiker worden bezocht. In de praktijk echter is het aantal potentiële gebruikers dat zich daar toegang toe verschaft dan wel variabel in grootte, maar het ligt bij benadering vast. Bij het verlenen van toestemming voor de beschikbaarstelling van zijn werk neemt de houder van het auteursrecht de omvang van deze kring potentiële gebruikers in aanmerking. Dit is met name van belang wanneer deze beschikbaarstelling onder licentie plaatsvindt, omdat het potentiële aantal vermoedelijke bezoekers een belangrijke factor kan vormen bij de vaststelling van de prijs van die licentie”.

IT 3236

Uitspraak ingezonden door Paul Tjiam en Lotte van Schuylenburch, Simmons & Simmons.

Google Maps-recensie moet zijn gebaseerd op daadwerkelijke ervaring met bedrijf

Rechtbank 8 sep 2020, IT 3236; (Eiser tegen RAC), https://www.itenrecht.nl/artikelen/google-maps-recensie-moet-zijn-gebaseerd-op-daadwerkelijke-ervaring-met-bedrijf

Vzr. Rechtbank Amsterdam 8 september 2020, IEF 19409, IT 3236; C/13/687962 / KG ZA 20-687 (Eiser tegen RAC) Kort geding. Eiseres is een bv die zich bezighoudt met vastgoedbeheer. Gedaagde, RAC, is een autodealer. De indirect aandeelhouder van eiseres, de heer X, heeft zijn privé-auto bij RAC in onderhoud gehad. RAC en X hebben een geschil over de door RAC uitgevoerde reparaties. RAC heeft vervolgens een recensie geplaatst bij de bedrijfsvermelding van eiseres op Google Maps, waarin X een volstrekt financieel onbetrouwbaar persoon wordt genoemd en mensen gewaarschuwd worden om niet met hem in zee te gaan. Nadat RAC gesommeerd was om de recensie te verwijderen, heeft RAC de recensie verwijderd en opnieuw in gewijzigde vorm geplaatst met de toevoeging “De enige aandeelhouder, directeur en werknemer”. Volgens RAC kunnen X en eiseres worden vereenzelvigd.

IT 3235

Uitspraak ingezonden door Jeroen van Kampen, Rijksuniversiteit Groningen.

Conclusie A-G Szpunar in VG Bild-Kunst tegen Stiftung

10 sep 2020, IT 3235; ECLI:EU:C:2020:696 (VG Bild-Kunst tegen Stiftung), https://www.itenrecht.nl/artikelen/conclusie-a-g-szpunar-in-vg-bild-kunst-tegen-stiftung

HvJ EU Conclusie A-G 10 september 2020, IEF 19408, IT 3235, IEFbe 3117; ECLI:EU:C:2020:696 (VG Bild-Kunst tegen Stiftung) Prejudiciële verwijzing, [IEF 18591]: vormt de plaatsing van een met toestemming van de rechthebbende op een vrij toegankelijke website beschikbaar gesteld werk op de website van een derde door middel van een frame een „mededeling aan het publiek” in de zin van artikel 3, lid 1, van richtlijn 2001/29/EG wanneer daarbij door de rechthebbende genomen of geïnitieerde beschermingsmaatregelen tegen plaatsing van een frame worden omzeild?
De A-G komt tot de conclusie dat technische voorzieningen ter bescherming tegen het insluiten in een webpagina van auteursrechtelijk beschermde werken die met toestemming van de auteursrechthebbende vrij toegankelijk aan het publiek ter beschikking zijn gesteld op andere websites, op zodanige wijze dat zij, zodra die pagina wordt geopend, daarop automatisch worden weergegeven zonder verder toedoen van de gebruiker, doeltreffende beschermende voorzieningen in de zin van artikel 6 van richtlijn 2001/29 vormen.

IT 3215

Bijzondere zorgplicht voor exploitant software

Rechtbank 18 aug 2020, IT 3215; ECLI:NL:RBAMS:2020:4059 (PRLG tegen Uniface), https://www.itenrecht.nl/artikelen/bijzondere-zorgplicht-voor-exploitant-software

Vzr. Rechtbank Amsterdam 18 augustus 2020, IEF 19376, IT 3215; ECLI:NL:RBAMS:2020:4059 (PRLG tegen Uniface) Kort geding. PRLG en Uniface zijn allebei exploitant van softwareproducten en diensten, onder meer software ter ondersteuning van lokale overheden bij het uitvoeren van hun taken en bevoegdheden in het sociale domein. De rechtsvoorganger van PRLG maakte gebruik van software van de rechtsvoorganger van Uniface. Voor deze licentie is destijds een VAR-overeenkomst gesloten, waarin tarieven voor de vergoeding voor Compuware (rechtsvoorganger van Uniface) door PRLG zijn afgesproken. Uniface meent dat deze tarieven aan herrijking toe zijn en zegt de VAR-overeenkomst op. PRLG gaat niet akkoord met deze opzegging. PRLG vordert veroordeling van Uniface de VAR-overeenkomst na te blijven komen. 

IT 3234

Afwijzing verzoek om verwijdering achterstandscodering CKI

Hof 8 sep 2020, IT 3234; ECLI:NL:GHDHA:2020:1569 (Verzoekster tegen ING Bank), https://www.itenrecht.nl/artikelen/afwijzing-verzoek-om-verwijdering-achterstandscodering-cki

Hof Den Haag 8 september 2020, IT 3234; ECLI:NL:GHDHA:2020:1569 (Verzoekster tegen ING Bank) Privacyrecht. Verzoekster verzocht om verwijdering van een achterstandscodering bij het Centraal Kredietinformatiesysteem (CKI) van het Bureau Kredietregistratie (BKR) door ING, maar de rechtbank wees dit bij beschikking af. Verzoekster gaat in hoger beroep tegen deze afwijzing. Partijen zijn het oneens over op welke grond de belangenafweging moet worden gemaakt. De registratie van het CKI vormt een verwerking van persoonsgegevens in de zin van de AVG. De gegevensverwerking valt onder art. 6 lid 1 onder f AVG en niet tevens onder art. 6 lid 1 onder c AVG. Het recht van bezwaar komt derhalve aan verzoekster toe op grond van art. 21 lid 1 AVG en de belangenafweging dient op grond van deze bepaling te geschieden. Bij de beoordeling van het verwijderingsverzoek moet worden voldaan aan de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit. De rechtbank heeft een juiste belangenafweging gemaakt. De grieven van verzoekster falen en de beschikking van de rechtbank wordt bekrachtigd.

IT 3232

Aflevering “Moord of zelfmoord” onrechtmatig

Rechtbank 2 sep 2020, IT 3232; ECLI:NL:RBAMS:2020:4247 (Eiser tegen Talpa), https://www.itenrecht.nl/artikelen/aflevering-moord-of-zelfmoord-onrechtmatig

Rechtbank Amsterdam 2 september 2020, IEF 19404, IT 3232; ECLI:NL:RBAMS:2020:4247 (Eiser tegen Talpa) Mediarecht. Privacy. Portretrecht. Talpa heeft op SBS6 het tv-programma ‘Moord of zelfmoord’ uitgezonden, waarin de presentator en misdaadjournalist zaken onderzoekt die door de politie als zelfmoord zijn bestempeld. Op 18 januari 2018 wordt een aflevering uitgezonden waarin wordt gesuggereerd dat eiser betrokken was bij de dood van een slachtoffer.