DOSSIERS
Alle dossiers

Overige onderwerpen  

IT 4007

Slechts bij deel subsidiaire vordering sprake van 'bepaalde bescheiden'

Rechtbank Amsterdam 6 jul 2022, IT 4007; ECLI:NL:RBAMS:2022:3892 (Eiser tegen gedaagden ), https://www.itenrecht.nl/artikelen/slechts-bij-deel-subsidiaire-vordering-sprake-van-bepaalde-bescheiden

Rb. Amsterdam 6 juli 2022, IEF 20865, IT 4007; ECLI:NL:RBAMS:2022:3892 (eiser tegen gedaagden) Eiser heeft gedaagde 1 gesommeerd om boetes te betalen vanwege schending van de geheimhoudingsplicht. Ook heeft eiser een sommatiebrief aan gedaagde 2 gestuurd waarin zij vraagt dat gedaagde 2 bevestigt dat overgestapte (ex-)werknemers geen werkzaamheden meer zullen verrichten voor gedaagde 2 en dat zij geen zakelijke contacten zullen onderhouden met klanten van eiser. Gedaagden hebben niet voldaan aan deze sommaties. Eiser heeft vervolgens de voorzieningenrechter om verlof gevraagd voor het leggen van conservatoire bewijsbeslagen op ‘bepaalde bescheiden’ ten laste van gedaagden. Eiser vordert verstrekking van afschriften door gedaagden. 

IT 4000

Vordering tot betaling facturen deels toewijsbaar

Rechtbank Noord-Nederland 20 jul 2022, IT 4000; ECLI:NL:RBNNE:2022:2581 (Trivento tegen Unimeld), https://www.itenrecht.nl/artikelen/vordering-tot-betaling-facturen-deels-toewijsbaar

Rb. Noord-Nederland 20 juli 2022, IT 4000; ECLI:NL:RBNNE:2022:2581 (Trivento en Unimeld) Trivento is een ICT-bedrijf gespecialiseerd in het ontwerpen, ontwikkelen en beheren van digitale platform diensten. Umfield maakt deel uit van de UninU Groep die zich onder meer bezighoudt met het oplossen van schades en storingen. In 2015 en 2016 zijn Trivento en Unimeld meerdere overeenkomsten met elkaar aangegaan. De opdracht voor Trivento stond grotendeels uit het realiseren van een software-oplossing. In 2017 ontstond vervolgens discussie over de kwaliteit van het tot dan toe geleverde werk van Trivento en over de betaling aan Trivento. Trivento is toen gestopt met de ontwikkeling van de softwareoplossing. Trivento vordert dat Unimeld wordt veroordeeld tot betaling van de aan Trivento verschuldigde bedragen. Unimeld vordert in reconventie onder meer schadevergoeding en een verklaring voor recht dat Trivento toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de overeenkomst. 

IT 3995

Bankgarantie kon niet worden geïnd ter betaling facturen

Gerechtshof Den Haag 5 jul 2022, IT 3995; ECLI:NL:GHDHA:2022:1080 (VMB tegen CGI), https://www.itenrecht.nl/artikelen/bankgarantie-kon-niet-worden-ge-nd-ter-betaling-facturen

Hof Den Haag 5 juli 2022, IT 3995; ECLI:NL:GHDHA:2022:1080 (VMB tegen CGI) VMB is een houdstermaatschappij die alle aandelen houdt in VMB Automation, een bedrijf dat zich bezighoudt met het ontwerpen en realiseren van hard- en software voor besturingstechnieken. CGI is een bedrijf dat gespecialiseerd is in het ontwerpen en programmeren van computergerichte automatiseringssystemen. CGI, VMB en Payment Factory zijn een overeenkomst aangegaan waarin CGI zich heeft verbonden om softwarewerkzaamheden te verrichten voor de ontwikkeling van een systeem genaamd ServiceCorner. VMB heeft een bankgarantie laten afgeven, deze is door CGI ingewonnen. VMB heeft 2 facturen opengelaten en geeft aan ook niet van plan te zijn deze facturen te betalen. VMB vordert een bedrag van € 99.704,- omdat zij meent dat CGI dit bedrag ten onrechte heeft geïnd op grond van de bankgarantie. Daarnaast vordert VMB een schadevergoeding wegens de schade die zij heeft geleden doordat CGI gestopt is met de ontwikkeling van de software. De rechtbank wees de vorderingen van VMB af. VMB ging tegen deze beslissing in beroep. Het hof meent dat de vordering tot terugbetaling van € 99.704,- gegrond is. CGI had volgens het hof ten opzichte van VMB niet het recht om voor de betaling van de facturen een beroep te doen op de bankgarantie. De vordering tot schadevergoeding wijst het hof echter af. CGI kon de overeenkomst namelijk opzeggen op grond van artikel 7:408 BW.

IT 3991

Uitspraak ingezonden door Merel Rondhuis, Kennedy Van der Laan.

Geen verplichting om te voldoen aan Open Software License

Rechtbank Overijssel 6 jul 2022, IT 3991; (Quint tegen De Nieuwe Zaak), https://www.itenrecht.nl/artikelen/geen-verplichting-om-te-voldoen-aan-open-software-license

Rb. Overijssel 6 juli 2022, IEF 20824; IT 3991; C1081270681 / FIA ZA 2l-369 (Quint tegen De Nieuwe Zaak) Quint stelt dat De Nieuwe Zaak tekort zou zijn geschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit een overeenkomst die tussen partijen was ontstaan. De Nieuwe Zaak had volgens Quint een derivaat gecreëerd van de software van Quint en dit op de markt gebracht zonder hierbij erkenning te geven. De rechtbank oordeelt allereerst dat er geen sprake is van een derivaat. Dat er wel sprake zou zijn van een derivaat is door Quint onvoldoende onderbouwd. Hierdoor is er niet vast komen staan dat er voor De Nieuwe Zaak een verplichting bestaat om te voldoen aan de voorwaarden van de Open Software License. De rechtbank meent dat er daarom geen sprake is van een tekortkoming in de nakoming van de verplichtingen van De Nieuwe Zaak. Om deze reden zullen de vorderingen van Quint worden afgewezen.

IT 3972

Beslissing sjoemelsoftware-zaak aangehouden

Rechtbank Midden-Nederland 6 apr 2022, IT 3972; ECLI:NL:RBMNE:2022:1274 (Volkswagen tegen Volkswagen Aktiengesellschaft), https://www.itenrecht.nl/artikelen/beslissing-sjoemelsoftware-zaak-aangehouden

Rb. Midden-Nederland 6 april 2022, IT 3972; ECLI:NL:RBMNE:2022:1274 (Volkswagen tegen Volkswagen Aktiengesellschaft) Naast deze zaak over sjoemelsoftware zijn er tevens andere zaken aanhangig wat betreft deze kwestie, zie [IT 3696]. In het vervolg hierop is het een individuele benadeelde, die wordt vertegenwoordigd door een stichting, die poogt een schadevergoeding te verkrijgen van Volkswagen. De kantonrechter besluit hierom dat de huidige zaak wordt aangehouden tot er duidelijkheid is omtrent de vraag of de DEJ-procedure bij de rechtbank Amsterdam onder het toepassingsbereik van de WAMCA valt. Het is immers onduidelijk of de positie van de stichting en of de individuele benadeelde waarvoor zij opkomt wordt aangetast hierdoor.

IT 3965

Conclusie A-G in zaak optische diskdrives

HvJ EU 3 jun 2022, IT 3965; ECLI:EU:C:2021:452 (Sony en Toshiba c.s. tegen Europese Commissie), https://www.itenrecht.nl/artikelen/conclusie-a-g-in-zaak-optische-diskdrives

HvJ EU Conclusie A-G 3 juni 2021, IT 3965, IEFbe 3467; ECLI:EU:C:2021:452 (Sony en Toshiba c.s. tegen Europese Commissie) Deze conclusie behelst een viertal hogere voorzieningen ingesteld door leveranciers van optische diskdrives. In het bijzonder wordt ingegaan op twee onderwerpen die in elk van deze zaken voortkomen. Ten eerste wordt de formulering behandeld die wordt gebruikt om naast de enkele voortdurende inbreuk, ook meerdere afzonderlijke inbreuken die tezamen als één enkele voortdurende inbreuk kwalificeren, te motiveren in het kader van art. 101 VWEU. Hierbij geeft de Commissie rekwirantes geen andere motivering, dan die motivering die ook is gebruikt om aan te tonen dat er sprake is van één enkele voortdurende inbreuk. Ten tweede wordt er ook nader ingegaan op de berekening van een sanctie wanneer er sprake is van verkoop binnen het kartel of winstdeling.

IT 3954

Conclusie P-G in tonercartridge-zaak

Hoge Raad 29 apr 2022, IT 3954; ECLI:NL:PHR:2022:402 (DR tegen Samsung), https://www.itenrecht.nl/artikelen/conclusie-p-g-in-tonercartridge-zaak

HR Conclusie P-G 29 april 2022, IEF 20767, IT 3954; ECLI:NL:PHR:2022:402 (DR tegen Samsung) Zie ook [IEF 19415]. Deze zaak gaat over tonercartridges voor laserprinters waarvoor Samsung zich beroept op twee octrooien en twee modellen ten betoge dat DR c.s. (123inkt.nl) met hun huismerkcartridges inbreuk maken. P-G Van Peursem ziet de klachten in het principaal beroep, dat handelt over het octrooirechtelijke deel, geen doel treffen en meent dat in ieder geval de klachten uit onderdeel 1 over ontvankelijkheid kunnen worden afgedaan met toepassing van art. 81 lid 1 RO. Bij die stand van zaken behoeven de voorwaardelijke klachten over de ontvankelijkheid in het incidenteel cassatieberoep geen bespreking.

IT 3938

Gebruik parkeerwekker staat gelijk aan belastingontduiking

Gerechtshof Amsterdam 14 dec 2021, IT 3938; ECLI:NL:GHAMS:2021:4020 (X B.V. tegen Gemeente Amsterdam), https://www.itenrecht.nl/artikelen/gebruik-parkeerwekker-staat-gelijk-aan-belastingontduiking

Vzr. hof Amsterdam 14 december 2021, IT 3938; ECLI:NL:GHAMS:2021:4020 (X B.V. tegen Gemeente Amsterdam) X brengt een parkeerwekker op de markt die scanauto's van de gemeente herkent en gebruikers vervolgens waarschuwt indien de scanauto's naderen. De scanauto's worden door een ingebouwde camera herkend, waarna de gebruikers een melding verkrijgen om binnen 5 minuten hun auto te verplaatsen waardoor zij een boete voorkomen. Het hof Amsterdam dient vervolgens de vraag te beantwoorden of het gebruik van deze parkeerwekker onrechtmatig is. Het hof concludeert dat het gebruik van deze applicatie gelijk staat aan belastingontduiking, gezien alle automobilisten voor hun auto parkeerbelasting dienen te betalen. Door het gebruik van deze applicatie zal de gebruiker willens en wetens deze ontduiking ervan aangaan. Hierdoor zal het vonnis van de kortgedingrechter in eerste aanleg worden bekrachtigd en is de applicatie jegens de gemeente onrechtmatig. 

IT 3931

Geen exclusieve competentie

Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 4 jan 2022, IT 3931; ECLI:NL:GHSHE:2022:14 (Smile For Free tegen Brand Social Group), https://www.itenrecht.nl/artikelen/geen-exclusieve-competentie

Vzr. hof 's-Hertogenbosch 4 januari 2022, IEF 20710, IT 3931; ECLI:NL:GHSHE:2022:14 (Smile For Free tegen Brand Social Group) Vanaf 2017 hebben appellant 2 (Smile For Free) en persoon A aan een applicatie gewerkt waarbij omzet kan worden gegenereerd op grond van persoonlijke netwerken door klanten, medewerkers en fans te activeren als influencer. Hiervoor hebben persoon A en appellant 2 een octrooi verkregen. Tezamen hebben de uitvinders vervolgens de Brand Social Groep opgericht, hierna Brandit. Brandit heeft het recht op het exclusief gebruik van dit octrooi en de holdings van de uitvinders zijn gezamenlijk bevoegd bestuurder van deze onderneming. Appellant 2 heeft vervolgens aangegeven dat hij de samenwerking wil beëindigen en heeft twee andere ondernemingen gestart in een vergelijkbaar marktsegment als Brandit. De voorzieningenrechter heeft bij vonnis Smile For Free veroordeeld ten aanzien van onder andere deze gedragingen.

IT 3917

Update: wetgeving implementatie Europese patenten

In de nieuwe update van het publicatieblad van de European Patent Organisation zijn twee nieuwe amendementen verwerkt in de wetgeving inzake de implementatie van Europese Patenten. Het doel van deze wetgeving is om met één patentaanvraag, alle lidstaten te kunnen bereiken. De amendementen zien op de wetgeving omtrent de octrooibescherming zelf en de kosten voor het aanvragen van een Europees octrooi.

Lees meer op de website van het EPO.