Inhoud Facebookpost op Google is verwerking strafrechtelijke persoonsgegevens, portret is dat niet

Rechtbank Overijssel 24 januari 2017, IEF 16558; IT 2216; IEFbe 2076; ECLI:NL:RBOVE:2017:278 (Facebook community X) Privacy. Gegevensbescherming. Portretrecht. Recht om vergeten te worden. Verzoeker vordert verwijdering van vier URLs, waaronder Facebookpost, een filmpje van toenmalig bedrijf op de woonbeurs, een foto van hem met op achtergrond naam van toenmalig bedrijf en artikel met daarbij een foto van hem. De rechtbank beveelt Google de verwijzing naar één URL , met een bericht van de Facebookpagina (Community [xxxx]), die voortkomt uit de zoekopdracht naar de naam van [verzoeker] te verwijderen. De inhoud van de bronpagina waarop URL 1 betrekking heeft bevat naar het oordeel van de rechtbank strafrechtelijke persoonsgegevens.
Conclusie AG: Verstrekken van persoonsgegevens geen plicht, maar nationale recht kan het wel mogelijk maken

Conclusie AG 26 januari 2017, IT 2215; IEFbe 2074; ECLI:EU:C:2017:43; zaak C-13/16 (Rīgas satiksme) Persoonsgegevens – Rechtmatige gegevensverwerking – Artikel 7, onder f), van richtlijn 95/46/EG – Omvang en voorwaarden – Verplichting of bevoegdheid om persoonsgegevens te verwerken – Begrip ‚verwerking noodzakelijk voor de behartiging van het gerechtvaardigde belang van de voor de verwerking verantwoordelijke of van de derde(n). Conclusie AG:
Artikel 7, onder f), van [Privacy]richtlijn 95/46/EG kan niet aldus worden uitgelegd dat de voor de verwerking verantwoordelijke verplicht is om de persoonsgegevens te verstrekken waar een derde om heeft verzocht teneinde een civielrechtelijke procedure in te stellen.
Artikel 7, onder f), van de richtlijn verzet zich er echter niet tegen dat deze gegevens worden verstrekt, mits het nationale recht het verstrekken van persoonsgegevens in situaties als aan de orde in het hoofdgeding mogelijk maakt. Het feit dat de betrokkene ten tijde van het ongeval minderjarig was, is in dit verband niet relevant.
Opnemen van CBR-examens met Spybril door rijschool is auteursrechtinbreuk

Rechtbank Amsterdam 25 januari 2017, IEF 16553; IT 2214; ECLI:NL:RBAMS:2017:394 (Spybril bij CBR) Auteursrecht. Strafzaak. Inbreuk op het auteursrecht van CBR en IBKI door middel van heimelijk opnemen en verveelvoudigen van examenvragen met commerciële doeleinden. Diefstal in vereniging van examenvragen CBR en IBKI door midden opnemen examenvragen met een spybril. Nu de verdenking het beroepsmatig inbreuk maken op het auteursrecht van het CBR en IBKI betreft, is de rechtbank van oordeel dat het reeds beschreven algemeen belang van de verkeersveiligheid in het geding is. Ter verdediging wordt aangevoerd dat het enkele filmen nog geen inbreuk oplevert, nu nog geen informatie is verspreid, verveelvoudigd of geopenbaard. De medeverdachte heeft voorts de informatie ten behoeve van zichzelf gebruikt teneinde een lesmethode te creëren. Er is wel degelijk sprake van commercieel gebruik, nu de verveelvoudiging was gericht op het verbeteren van de concurrentiepositie van de rijschool, teneinde meer klanten te kunnen aantrekken die tegen betaling de theorielessen zouden gaan volgen.
Uitspraak getipt door Mark Jansen, Dirkzwager.
Beroep op onbevoegdheid vanwege arbitrageclausule FENIT gehonoreerd

Hof 's-Hertogenbosch 17 januari 2017, IT 2213; ECLI:NL:GHSHE:2017:117 (Holding tegen TOP Systems) FENIT. Appellante is aandeelhouder van drie kinderdagverblijven en heeft met TOP overeenkomsten gesloten betreffende automatisering van de bedrijfsvoering; de algemene voorwaarden verwijzen naar FENIT. De FENIT-voorwaarden bevatten een arbitrageclausule inhoudende geschilbeslechting overeenkomstig het Arbitragereglement van de Stichting Geschillenoplossing Automatisering, hierna aan te duiden als SGOA. De rechtbank heeft het beroep op onbevoegdheid vanwege de arbitrageclausule in de FENIT-voorwaarden gehonoreerd. Het Hof bekrachtigt dit vonnis.
HR: Billijke vergoeding is uitsluitend bedoeld om nadeel te compenseren, zonder rekening te houden met illegaal kopiëren uit illegale bron

HR 20 januari 2017, IEF 16536; IT 2212; ECLI:NL:HR:2017:59 (ACI tegen Stichting Thuiskopie) Auteursrecht. Thuiskopievergoeding (art. 16c Aw). Conclusie gevolg [IEF 16358], HvJ EU (IEF 13741), Vervolg op HR [IEF 11775]. Geldt de in art. 16c Aw neergelegde beperking van het auteursrecht ook voor reproducties uit illegale bron? Is bij de bepaling van de hoogte van de ‘billijke vergoeding’ ook rekening te houden met schade door downloaden uit illegale bron? Mag een vergoedingsregeling zich uitstrekken tot kopieën uit illegale bron? Incidenteel middel/beroep ingetrokken.
De Hoge Raad verklaart voor recht dat de in art. 16c Aw bedoelde billijke vergoeding uitsluitend bedoeld is om het nadeel (te verstaan als: de voor de desbetreffende kopieerhandeling gederfde licentievergoeding) dat de rechthebbenden ondervinden van de reproductiehandelingen die binnen het toepassingsbereik van art. 16c Aw vallen, te compenseren, alsmede dat bij de bepaling van de hoogte van de thuiskopievergoeding geen rekening dient te worden gehouden met de schade die het gevolg is van illegaal kopiëren (inclusief downloaden) uit een illegale bron.
Vliegtickets zijn niet overdraagbaar, werkelijk kosten nieuwe vliegtickets worden doorberekend bij indeplaatsstelling

Ktr. Rechtbank Den Haag 18 januari 2017, IT 2211; RB 2808; ECLI:NL:RBDHA:2017:409 ('gedaagde' tegen TUI, ANVR en KLM) Pakketreis. [gedaagden] heeft op 30 juli 2015 met TUI een reisovereenkomst als bedoeld in artikel 7:500 BW gesloten, deze omvat een KLM-retourvlucht Amsterdam-Rome en verblijf van twee nachten. De vliegtickets zijn in casu niet overdraagbaar. De reisorganisator mag de werkelijke kosten van nieuwe vliegtickets volledig aan de consument doorberekenen bij indeplaatsstelling als bedoeld in artikel 7:506 BW.
Gevangenisstraf voor beheerder Kino.to: auteursrechtinbreuk en IT-sabotage

BGH 11 januari 2017, IEF 16532; IEFbe 2065; IT 2210; ECLI:DE:BGH:2017:110117B5STR164.16.0 (strafsenat - kino.to, kinox.to) Uit het buitenland: Het Landgericht Leipzig heeft de 29-jarige verdachte veroordeeld met een gevangenisstraf van 3 jaar en 4 maanden. De man beheerde op ongeoorloofde, commerciële wijze de websites kino.to en kinox.to [eerder bij HvJ EU, IEF 13690] waarop links naar illegale kopieën van bioscoopfilms en tv-series stonden, deze werden ook als streaming aangeboden. Met zijn IT-kennis en ervaring als computerhacker werden twee, eveneens illegale en concurrende, videostreamingplatformen gesaboteerd.
Lustrum 10 jaar IE-Diner

Tien jaar IE-Diner en ook ruim tien jaar deLex. Daarom een speciaal feestje. Volgende week donderdag is het zover: het tiende IE-Diner. Een lustrum. En dat vieren we. Dit keer geen jasje/dasje, maar Black Tie*. Onder de bezielende leiding van ceremonie meester jhr.mr.Toon Huydecoper, oud-advocaat-generaal bij de Hoge Raad der Nederlanden, een mooie avond met IE-juristen.
Tafelspeeches worden gehouden door:
Bijdrage ingezonden door Jurre Reus, CMS.
Jurre Reus - Rb Den Haag: zoekresultaten geen strafrechtelijke persoonsgegevens

Op 12 januari 2017 heeft de rechtbank Den Haag een uitspraak [IT 2208] toegevoegd aan de right to be forgotten-rechtspraak die sinds het HvJEU Costeja-arrest is ontstaan. De uitspraak is o.a. interessant omdat de verzoeker stelde dat het tonen van zoekresultaten door Google een verwerking van strafrechtelijke persoonsgegevens zou zijn. De rechtbank gaat hier niet in mee en maakt een duidelijk onderscheid tussen een zoekresultaat in Google en de bronpagina waarnaar dit resultaat verwijst. Dit in tegenstelling tot de hieronder ook besproken uitspraak van de rechtbank Rotterdam van begin 2016.
Opnemen in de zoekresultaten is geen gegevensverwerking ex artikel 16 Wbp

Rechtbank Den Haag 12 januari 2017, IT 2208; ECLI:NL:RBDHA:2017:264 (eiser tegen Google) Verzoek o.g.v. de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) om te bevelen een aantal URL’s, die voortkomen uit de zoekopdracht op naam in de zoekmachine, uit de zoekresultaten te verwijderen, dan wel af te schermen. Nederlandse rechter is bevoegd, omdat de strafzaak tegen verzoeker in Nederland heeft gelopen, hierover in Nederlandse media is bericht en de door verzoeker bedoelde zoekresultaten mogelijk voortkomen uit zoekopdrachten via de op Nederland gerichte versie van Google Search.
Geen sprake van verwerking van strafrechtelijke persoonsgegevens van verzoeker in de zin van art. 16 Wbp. In de zoekresultaten is geen sprake van het opnemen van zodanige concrete feiten en omstandigheden dat zij een als strafbaar feit te kwalificeren bewezenverklaring in de zin van art. 350 Sv kunnen dragen. Evenmin kan worden gezegd dat de verwerking in de zoekresultaten voor verzoeker een zwaardere verdenking dan een redelijk vermoeden van schuld aan een strafbaar feit oplevert. De zoekresultaten brengen verzoeker niet in verband met enig strafbaar feit.
Belangenafweging valt in het nadeel van verzoeker uit, waardoor inmenging in de grondrechten van verzoeker door Google gerechtvaardigd is. Door verzoeker is niet of onvoldoende aangetoond dat de weergave van de URL’s in de zoekresultaten onjuist, irrelevant of bovenmatig zijn en dat zijn privacybelang zwaarder weegt dan het publieke belang van vindbaarheid van de webpagina’s en het belang van Google om deze webpagina’s vindbaar te blijven houden.