Ook subjectieve persoonsgegevens vallen onder de AVG bij RIEC-verwerking

Rb. Overijssel 2 mei 2025, IT 4859; ECLI:NL:RBOVE:2025:2742 (eiser tegen het college). Eiser heeft op 13 januari 2023 op grond van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) het college van burgemeester en wethouders van Enschede (hierna: het college) verzocht om inzage in de verwerking van zijn persoonsgegevens binnen het Regionale Informatie- en Expertisecentrum (hierna: RIEC). Eiser heeft gevraagd welke persoonsgegevens van hem zijn gebruikt, in welke context, wat de herkomst daarvan is, met wie deze zijn gedeeld en welke feiten eraan ten grondslag liggen om hem en/of zijn bedrijf Stichting Humaan Overijssel als RIEC-casus aan te merken. Op 12 mei 2023 heeft het college de persoonsgegevens verstrekt die in het kader van het RIEC zijn gedeeld. Eiser heeft vervolgens bezwaar gemaakt tegen dit besluit. Tijdens deze procedure heeft het college, naar aanleiding van een Woo-verzoek van eiser, 42 documenten openbaar gemaakt. Het college verklaarde het bezwaar ongegrond. Eiser heeft daarop 20 juni 2024 beroep ingesteld en dit aangevuld bij brieven van 9 en 13 maart 2025. Het college heeft op 17 maart 2025 een verweerschrift ingediend. De rechtbank heeft het beroep op 27 maart 2025 ter zitting behandeld.
Merkinbreuk door gebruik van "ICE" voor cryptovaluta door Ice Labs

Vrz. Rb. Den Haag 6 mei 2025, IEF 22693; IT 4857; ECLI:NL:RBDHA:2025:7975 (IEH tegen Ice Labs). Intercontinental Exchange Holdings (hierna: IEH), een in de VS gevestigd internationaal dienstverlener in de financiële sector en houder van het Uniewoordmerk ‘ICE’ voor cryptovaluta en aanverwante diensten, stelt dat Ice Labs merkinbreuk maakt op haar merkrechten. Ice Labs biedt onder de naam “Ice Open Network” een gedecentraliseerd blockchain-netwerk aan. Daarnaast gebruikt ze het teken “ICE” onder meer als naam van een cryptomunt, en ook in aanduidingen als “Ice Labs” en “ice blockchain”. Op 26 januari 2024 sommeerde IEH Ice Labs het gebruik van deze tekens te staken en de domeinnaam over te dragen. Ice Labs betwist de merkinbreuk, maar heeft wel enkele aanpassingen doorgevoerd, waaronder het opnemen van een disclaimer op haar website en het vermelden dat zij onderdeel is van de “LeftClick Group”. In reactie op de procedure zegde Ice Labs toe de naam “ICE-Wallet” te veranderen naar “ION-Wallet” en de ticker van de munt aan te passen van “ICE” naar “ION”, uiterlijk per 31 juli 2025. IEH baseert de vordering op artikel 9 lid 2 sub a en/of b UMVo wegens het zonder toestemming gebruiken van de tekens “ICE” voor soortgelijke waren en diensten. De voorzieningenrechter acht zich bevoegd, nu IEH via haar dochteronderneming ICE Clear NL daadwerkelijk bedrijfsactiviteiten verricht in Nederland, namelijk het aanbieden van clearingdiensten voor Europese aandelenderivatenproducten. De stelling van Ice Labs dat deze entiteit geen vestiging van IEH zou zijn vanwege het ontbreken van een eigen website of telefonische bereikbaarheid, overtuigt de voorzieningenrechter niet.
Kort geding tegen Salesforce: bewaringsgebod toegewezen, klantgegevens moeten worden verstrekt

Vzr. Rb. Amsterdam 2 mei 2025, IT 4856; ECLI:NL:RBAMS:2025:2936 (Eiseres tegen Salesforce). Eiseres voert een collectieve actie op grond van de Wet afwikkeling massaschade in collectieve actie (WAMCA) tegen onder meer Salesforce wegens vermeend onrechtmatige verwerking van persoonsgegevens via haar softwareproduct Audience Studio. Volgens eiseres heeft Salesforce in strijd met de Algemene Verordening Gegevensbescherming en Telecommunicatiewet third-party cookies (“_kuid_”) geplaatst op randapparatuur van internetgebruikers en zo persoonsgegevens verwerkt. De rechtbank verklaarde eiseres eerst niet-ontvankelijk, maar het hof vernietigde dit oordeel bij het tussenarrest van 24 september 2024. Salesforce stelde daarop cassatie in, eiseres volgde met een incidenteel cassatieberoep. De bodemprocedure is aangehouden in afwachting van de uitkomst bij de Hoge Raad, met schriftelijke toelichtingen gepland op 27 juni 2025. Eiseres vreest dat bewijs verloren gaat nu Audience Studio per februari 2024 is beëindigd. In dit kort geding vordert zij daarom dat Salesforce relevante gegevens, zoals cookie ID’s en daaraan gekoppelde informatie, bewaart en opgave doet van mogelijk gemigreerde data naar andere diensten. Subsidiair vordert zij de benoeming van een deskundige om de Salesforce’s handelwijze te onderzoeken en een opgave van (voormalige) Nederlandse klanten die gebruikmaakten van Audience Studio.
Fieldfisher Amsterdam breidt uit met Jos Klaus als partner

Met plezier kondigt Europees advocatenkantoor Fieldfisher de benoeming aan van Jos Klaus als partner Intellectual Property binnen haar Amsterdamse kantoor. Deze strategische aanstelling is onderdeel van het streven om de Nederlandse en Europese praktijk van Fieldfisher voortdurend te verbreden en te verdiepen.
Jos is gespecialiseerd in het adviseren en procederen op alle gebieden van het ‘soft IP’ recht, waaronder auteurs-, modellen- en merkenrecht – alsmede het reclamerecht. Hij heeft ruime ervaring met anti-counterfeiting, online inbreuken, misleidende reclame-uitingen en het onderhandelen en opstellen van IE-gerelateerde overeenkomsten. Ook begeleidt Jos transacties waarin intellectuele eigendom een voorname rol speelt.
Tot zijn palmares behoren meerdere overwinningen tegen serial trade mark filer Michael Gleissner, het begeleiden van een van de grootste sport-sponsordeals in recente jaren en het coördineren van wereldwijde IE-handhaving namens verschillende merken. Jos werkt nauw samen met cliënten die actief zijn in talloze sectoren, waaronder FMCG, luxury goods, technology, automotive en retail.
IViR Summer Course on Copyright Law and Policy

The face of copyright law changes continuously, mostly due to the constant evolution of the digital networked environment and the legislative initiatives at the international and European level. As a result, copyright professionals must keep abreast of the applicable rules, including those deriving from the TRIPS Agreement, the WIPO Treaties and the various European directives in the area. To respond to this challenge, the Institute for Information Law (IViR) at the University of Amsterdam organises an annual intensive post-graduate summer course on international copyright law. The course will extend over a period of five days from June 30 to July 4, 2025. All details are available at https://www.ivir.nl/courses/icl/. At the conclusion of the course, participants will have gained valuable insight in the most crucial current issues of copyright law, examined from a comparative law perspective and in the light of recent international and regional agreements. Participants in the course will also have access to comprehensive course material, consisting of the most relevant international, European, and American legislative documents, case law, and other background materials. The lectures are given by internationally renowned scholars, including those of the IViR, and practitioners who all share years of academic and practical experience in the field of international copyright law.
Overzicht persoonsgegevens volstaat, geen recht op kopieën bij inzageverzoek onder de AVG

Rb. Den Haag 15 april 2025, IT 4853; ECLI:NL:RBDHA:2025:6151 (Eiser tegen Nationaal Agentschap Erasmus+ Jeugd). Eiser heeft een inzageverzoek in persoonsgegevens gedaan op grond van de AVG. Na het verstrekken van een overzicht van de gevraagde gegevens heeft eiser bezwaar ingediend. Hierna heeft een beroepszitting plaatsgevonden. Eiser heeft verweerder verzocht om alle persoonsgegevens die bij verweerder over hem bekend zijn te verstrekken. Verweerder heeft aan eiser een overzicht verstrekt van alle persoonsgegevens, wat eiser onvoldoende vindt. Hij wil de documenten zien waarin deze gegevens zijn verwerkt. Verweerder meent echter dat hij met het overzicht heeft voldaan aan zijn wettelijke verplichtingen. In het overzicht staan zowel normale als gevoelige persoonsgegevens over eiser. Wegens de opname van gevoelige persoonsgegevens heeft eiser kopieën verzocht van de originele documenten, omdat hem niet duidelijk is waar deze vandaan komen. Daarmee kan hij ook niet controleren of de gegevens rechtmatig en juist zijn. Daarom vraagt hij inzage in alle beschikbare informatie over de bron van de gegevens die niet bij eiser zelf zijn verzameld.
Negatieve reviews grotendeels onrechtmatig: onvoldoende onderbouwing voor beschuldigingen van oplichting

Vzr. Rb. Rotterdam 16 april 2025, IEF 22678, IT 4851; ECLI:NL:RBROT:2025:4056 (Eiseressen tegen gedaagde). Eiseres 1 verkoopt en repareert auto’s; eiseres 2 biedt financieringen aan voor deze voertuigen. Gedaagde werkt als zelfstandig ondernemer en kocht drie keer een bedrijfsauto bij eiseres 1. De eerste auto is niet geleverd vanwege technische gebreken en de tweede auto vertoont na levering storingen. Daarom zijn eiseres 1 en gedaagde overeengekomen dat ter vervanging een geheel nieuwe bedrijfsauto zou worden geleverd. Deze blijkt echter vóór de aflevering al schade te hebben opgelopen die niet is medegedeeld. Uit onvrede heeft gedaagde vervolgens meerdere éénsterrenreviews geplaatst op Google en Trustpilot: twee over eiseres 1 en drie over eiseres 2. Hierin noemt hij hen oplichters, roept hij op aankopen bij eiseressen te controleren en spoort hij klanten aan om samen naar de rechter te stappen. Eiseressen vorderen het verwijderen van de reviews en een verbod op soortgelijke uitlatingen in de toekomst. Eiseres 1 stelt ook niets van de schade te hebben geweten. Gedaagde heeft inmiddels kosten gemaakt voor belettering en accessoires, en stelt dat de auto niet voldoet aan de afgesproken “full options” zoals bijvoorbeeld stoelverwarming. Hoewel hij dit niet heeft onderbouwd en er vooraf niet over heeft geklaagd, staat wel vast dat hij ondanks herhaalde verzoeken nooit een offerte of optielijst heeft ontvangen.
Actualiteiten Privacyrecht | donderdag 22 mei 2025

Snel en volledig op de hoogte van de nieuwste privacyrechtspraak? Tijdens de Actualiteiten Privacyrecht middag nemen Quinten Kroes (Brinkhof) en Vita Zwaan (Rubicon Impact & Litigation) u voor het derde jaar op rij mee in de ontwikkelingen en rechtspraak op het gebied van privacyrecht. In slechts twee uur tijd krijgt u een helder en actueel overzicht van relevante rechtspraak.
Dit jaar staan de volgende onderwerpen centraal:
- Schadeclaims en collectieve acties
- Belangrijke arresten van het HvJ EU
- Bestuursrechtelijke handhaving
Review gebaseerd op ervaringen met opstellen algemene voorwaarden is niet onrechtmatig
Rb. Rotterdam 10 april 2025, IT 4852; ECLI:NL:RBROT:2025:4473 (Debtt tegen Trading Company Zeeland). Partijen hebben een overeenkomst gesloten en dit serviceabonnement houdt onder meer juridisch advies met betrekking tot het opstellen van algemene voorwaarden en het incasseren van vorderingen door Debtt voor Trading Company in. Debtt heeft Trading Company een factuur gestuurd, maar deze is niet betaald. Debtt eist betaling van het factuurbedrag en het verwijderen van een negatieve review en dat Trading Company zich niet meer negatief uitlaat over Debtt. Trading Company eist op haar beurt dat Debtt alsnog correcte algemene voorwaarden opstelt en dat de factuur over 2024 wordt gecrediteerd. Daarbij doet ze een beroep op opschorting, zolang Debtt geen correcte algemene voorwaarden voor haar opstelt, hoeft zij niet te betalen. De kantonrechter oordeelt dat Trading Company de factuur over 2024 moet betalen inclusief rente en kosten. Verder worden alle vorderingen van beide partijen afgewezen. Debtt heeft de algemene voorwaarden opgesteld en naar Trading Company opgestuurd. Hierbij geeft Debtt aan dat ze er teveel tijd voor hebben genomen, maar ze hebben uiteindelijk wel geleverd. De gevorderde hoofdsom in conventie wordt toegewezen en de in reconventie gevorderde creditering van de factuur wordt afgewezen.
Recht op inzage omvat ook persoonsgegevens in interne notities en e-mails
Rb. Noord-Holland 3 april 2025, IT 4850; ECLI:NL:RBNHO:2025:3908 (Eiseres tegen het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Castricum). Eiseres heeft op 6 januari 2023 bij het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Castricum een verzoek ingediend op grond van artikel 15 AVG om inzage in haar persoonsgegevens. De gemeente heeft op 7 juni 2023 een overzicht van verwerkingen en kopieën van persoonsgegevens verstrekt. Eiseres heeft bezwaar gemaakt, stellende dat de verstrekte gegevens onvolledig zijn. Vervolgens heeft de gemeente niet tijdig op het bezwaar beslist, ondanks meerdere ingebrekestellingen door eiseres. Uiteindelijk is op 7 maart 2024 alsnog op het bezwaar beslist, waarbij aanvullende informatie is verstrekt en het bezwaar gegrond is verklaard. Eiseres vordert vernietiging van het besluit op bezwaar, omdat volgens haar het inzageverzoek onvolledig is behandeld, haar gronden in bezwaar zijn genegeerd, en ten onrechte geen hoorzitting heeft plaatsgevonden. Daarnaast vordert zij een dwangsom wegens het niet tijdig beslissen en vergoeding van proceskosten.