DOSSIERS
Alle dossiers

Onrechtmatige uitingen  

IT 4526

Influencers krijgen beschuldigen over zich heen via LinkedIn

Rechtbank 27 mrt 2024, IT 4526; ECLI:NL:RBZWB:2024:2326 (Eisers tegen gedaagden), https://www.itenrecht.nl/artikelen/influencers-krijgen-beschuldigen-over-zich-heen-via-linkedin

Rb. Zeeland-West-Brabant 27 maart 2024, IT 4526; ECLI:NL:RBZWB:2024:2326 (Eisers tegen gedaagden). Eisers zijn “influencer en vlogger” en eigenaar van een vakantiewoning. Gedaagde heeft deze woning gehuurd in januari 2023. Tijdens overleg over de eventuele (huur-)koop van de vakantiewoning is een conflict ontstaan, waarbij partijen elkaar de toegang tot de vakantiewoning over en weer hebben ontzegd. Gedaagde heeft vervolgens op LinkedIn een post geplaatst over “de malafide praktijken” van eisers, hen beschuldigd van oplichting en hierbij een foto van eisers toegevoegd. Eisers vorderen een verklaring voor recht dat gedaagde een onrechtmatige daad heeft gepleegd en een schadevergoeding van € 25.000,-. De kantonrechter oordeelt dat, in het licht van zijn recht op vrijheid van meningsuiting, gedaagde zijn persoonlijke mening en frustratie mag uiten, maar hij de grenzen hierbij heeft overschreden. Eisers worden in de berichten in verband gebracht met strafbare feiten, zoals diefstal en chantage, wat niet binnen de grenzen van betamelijkheid valt. Gedaagde is verplicht schadevergoeding van € 500,00 te betalen, inclusief een dwangsom van € 500,00 per grievende uitlating. Daarnaast wordt een contactverbod en een plicht tot plaatsing van een rectificatie opgelegd.

IT 4524

Koppel laat websitebeheerder negatief publiceren over ex-partner

Hof 2 apr 2024, IT 4524; ECLI:NL:GHARL:2024:2236 (Huidige partners tegen voormalige partner), https://www.itenrecht.nl/artikelen/koppel-laat-websitebeheerder-negatief-publiceren-over-ex-partner

Hof Arnhem-Leeuwarden 2 april 2024, IT 4524; ECLI:NL:GHARL:2024:2236 (Huidige partners tegen voormalige partner). Huidige partners (man en huidige partner) hebben volgens de voormalige partner (van de man) opdracht gegeven aan een websitebeheerder om negatieve artikelen te publiceren op onder andere onrecht.nl, waarbij de huidige partners de websitebeheerder vertrouwelijke informatie verstrekt zouden hebben. De voormalige partner heeft bij de voorzieningenrechter een verbod onder dwangsom gevorderd, opdat huidige partners derden niet meer de opdracht geven publicaties te doen waarin hun goede naam en reputatie worden aangetast. Daarnaast is door de man gevorderd dat hij ontheven wordt uit zijn verplichtingen die bij vonnis van 15 december 2020 zijn opgelegd. De voorzieningenrechter heeft de vorderingen, met uitzondering van de proceskostenveroordeling en de vordering van de man, toegewezen. Beide partijen gaan in hoger beroep bij het Gerechtshof (hierna: het hof).

IT 4487

Uitspraak ingezonden door Bertil van Kaam en Jacintha van Dorp, Van Kaam.

Uitzending AVROTROS over HEM niet onrechtmatig

Rechtbank Midden-Nederland 6 mrt 2024, IT 4487; ECLI:NL:RBMNE:2024:1315 (HEM tegen Avrotros), https://www.itenrecht.nl/artikelen/uitzending-avrotros-over-hem-niet-onrechtmatig

Rb. Midden Nederland 6 maart 2024, IEF 21929, IT 4487; ECLI:NL:RBMNE:2024:1315 (HEM tegen Avrotros). Het tv-programma Radar heeft meermaals aandacht besteed aan Allround Hollands Energie B.V., ook bekend als Hollandse Energie Maatschappij of HEM, onder andere via online nieuwsberichten en drie uitzendingen. In onderhavige procedure staan twee uitzendingen en vier nieuwsberichten centraal. Aanleiding voor de publicaties zijn de meer dan 200 klachten die de redactie ontvangt. Die klachten hebben onder meer betrekking op het niet verstrekken van essentiële informatie, het hanteren van enorm hoge opzegboetes, het verstrekken van onjuiste informatie, het hanteren van verschillende versies van een contract, de onbereikbaarheid van de klantenservice, de agressieve bejegening, het niet terugbetalen van te veel betaalde voorschotten en het fors verhogen van voorschotbedragen bij een contract met een vast tarief. HEM vindt de publicaties van AVROTROS onrechtmatig en vordert onder andere verwijdering en een rectificatie. De rechtbank oordeelt dat geen sprake is van onrechtmatige publicaties en wijst de vorderingen af. 

IT 4465

Ongefundeerde berichten op social media over NextportChina

Rechtbank Rotterdam 24 aug 2023, IT 4465; ECLI:NL:RBROT:2023:7605 (NextportChina tegen gedaagde), https://www.itenrecht.nl/artikelen/ongefundeerde-berichten-op-social-media-over-nextportchina

Rb. Rotterdam 24 augustus 2023, IEF 21871, IT 4465; ECLI:NL:RBROT:2023:7605 (NextportChina tegen gedaagde) NextportChina is een onderneming die zich richt op het bijstaan van bedrijven die zich richten op de Chinese (online) markt. Zij maakt hiervoor gebruik van de inzet van Chinese werknemers die tijdelijk in Nederland werken, waaronder gedaagde. Nadat het dienstverband van gedaagde niet werd verlengd, plaatste gedaagde berichten op het social media kanaal WeChat over NextportChina. Hij laat zich negatief uit over de manier waarop het bedrijf met haar werknemers omgaat en maakt ook opmerkingen over de seksuele intimiderende uitspraken en acties van de Nederlandse baas. NextportChina vordert in deze zaak om gedaagde te veroordelen alle berichten van WeChat en andere social media over NexportChina te verwijderen.

IT 4455

Hof bekrachtigt vonnis over onrechtmatige beschuldigingen van plagiaat, bedrog en fraude

Hof 9 jan 2024, IT 4455; ECLI:NL:GHARL:2024:167 (Appellant tegen Stichting geïntimeerde), https://www.itenrecht.nl/artikelen/hof-bekrachtigt-vonnis-over-onrechtmatige-beschuldigingen-van-plagiaat-bedrog-en-fraude

Hof Arnhem-Leeuwarden 9 januari 2024, IEF 21840, IT 4455; ECLI:NL:GHARL:2024:167 (Appellant tegen Stichting geïntimeerde) Appellant is sterrenkundige en schrijver. Stichting [geïntimeerde] (hierna: geïntimeerde) beheert, onderhoudt en gebruikt een radiotelescoop. Geïntimeerde verwijt appellant ervan dat hij zich onrechtmatig heeft uitgelaten in verschillende publicaties jegens de stichting. Zo heeft appellant zich er meerdere keren over uitgelaten dat het bestuur van geïntimeerde zich schuldig zou maken aan bedrog, fraude, plagiaat, pseudowetenschap, intimidatie en seksisme. De rechtbank heeft in een vonnis van 27 oktober 2021 appellant onder andere veroordeeld om de onrechtmatige uitlatingen te staken en gestaakt te houden. Na dit vonnis heeft appellant hier zich niet aan gehouden.

IT 4442

Beschuldigende berichten via e-mail en LinkedIn zijn onrechtmatig

Rechtbank Amsterdam 23 nov 2023, IT 4442; ECLI:NL:RBAMS:2023:7466 (Eiser tegen gedaagde), https://www.itenrecht.nl/artikelen/beschuldigende-berichten-via-e-mail-en-linkedin-zijn-onrechtmatig

Vzr. Rb. Amsterdam 23 november 2023, IT 4442; ECLI:NL:RBAMS:2023:7466 (Eisers tegen gedaagde). Eiser 2 is bestuurder van eiser 1 (hierna tezamen: eisers), een investeringsmaatschappij in de vastgoedsector. Gedaagde heeft in de zomer van 2023 berichten geplaatst op LinkedIn en e-mails gestuurd naar zakelijke contacten van eisers, waarin zij eiser 2 beschuldigt van onder meer fraude, diefstal, inbraak en huisvredebreuk. Zo zouden eisers (onder andere) hebben gesjoemeld met het persoonsgebonden budget van de moeder van gedaagde en zaken ontvreemd uit haar huis. Eisers geven ter zitting aan dat deze beschuldigingen volstrekt onjuist zijn. Eisers vorderen dat gedaagde wordt verboden om contact op te nemen met de zakelijke relaties van eisers, haar te verbieden om zich in welke vorm dan ook negatief uit te laten over eisers en haar te bevelen alle reeds geplaatste berichtgeving op social media, waaronder LinkedIn, te verwijderen. 

IT 4419

Onrechtmatige daad door plaatsen van TikTok filmpjes

Rechtbank Rotterdam 26 okt 2023, IT 4419; ECLI:NL:RBROT:2023:9908 (Eiser tegen gedaagde), https://www.itenrecht.nl/artikelen/onrechtmatige-daad-door-plaatsen-van-tiktok-filmpjes

Rb. Rotterdam 26 oktober 2023, IT 4419; ECLI:NL:RBROT:2023:9908 (Eiser tegen gedaagde) Eiser is verslaggever en heeft voor enkele nationale tv-programma's gewerkt. Eiser en gedaagde hebben eind 2020 een korte relatie met elkaar gehad. Eiser heeft een onlineprogramma waarin hij stelt dat gedaagde onrechtmatig jegens hem heeft gehandeld door onjuiste, belastende informatie over hem te verspreiden waardoor zijn goede naam is geschaad. Het gaat onder andere over filmpjes op TikTok die over de relatie gaan, waarbij gedaagde aangeeft dat het geen leuke periode was, dat eiser gemeen en 'toxic' was, dat hij zich opdrong aan (andere) minderjarige meisjes en dat zij zich onveilig voelde. Eiser stelt in deze zaak dat gedaagde met het plaatsen van deze filmpjes onrechtmatig heeft gehandeld en vordert schadevergoeding. 

IT 4335

Eiser krijgt persoonsgegevens van anonieme gebruiker

Rechtbank Den Haag 31 jul 2023, IT 4335; ECLI:NL:RBDHA:2023:11254 (Eiser/Meta), https://www.itenrecht.nl/artikelen/eiser-krijgt-persoonsgegevens-van-anonieme-gebruiker

Rechtbank Den Haag 31 juli 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:11254, IT 4335 (EIser/Meta) In dit kort geding beantwoordt de voorzieningenrechter de vraag of Meta (voorheen Facebook) gehouden is om persoonsgegevens van een gebruiker aan eiser te geven. Eiser is op Facebook in meerdere besloten groepen beschuldigd van grensoverschrijdend gedrag, waar hij hinder van ondervindt. Hij kan deze besloten groepen niet betreden en kan zich niet verweren. Eiser stelt dat deze uitingen onrechtmatig zijn en daarom van Facebook verwijderd moeten worden. Naast verwijdering van deze publicaties vordert eiser de 'basic subscriber information' van de Facebookgebruikers die deze uitingen hebben gedaan. 

IT 4198

Google hoeft URL niet te verwijderen

Rechtbank Den Haag 22 dec 2022, IT 4198; ECLI:NL:RBDHA:2022:14569 (verzoeker tegen Google), https://www.itenrecht.nl/artikelen/google-hoeft-url-niet-te-verwijderen

Rechtbank Den Haag 22 december 2022, IT 4198; ECLI:NL:RBDHA:2022:14569 (verzoeker tegen Google) Verzoeker is kaakchirurg en in die hoedanigheid is hij van 2014 tot 2022 werkzaam geweest bij het Medisch Centrum op de afdeling kaakchirurgie. Op Google verschijnt een negatieve waardering van een behandeling bij het Medisch Centrum bij een zoektocht op zijn naam. Verzoeker heeft Google gevraagd de URL te verwijderen, maar Google weigerde. In deze zaak wordt een afweging gemaakt tussen de grondrechten en eerbiediging van het privéleven en op de bescherming van persoonsgegevens enerzijds, en het grondrecht op vrijheid van informatie anderzijds. Als kernargument voor zijn verwijderingsverzoek heeft Verzoeker aangevoerd dat hij vermoedt dat het gaat om een ‘neprecensie’ en dat hij de inzender van deze recensie nooit als patiënt heeft behandeld. Als dit klopt moet Google de URL uit de zoekresultaten verwijderen. Verzoeker dient onderbouwing aan te leveren voor zijn standpunt, maar dit heeft hij nagelaten, waardoor de onjuistheid van de recensie niet is gebleken. De rechtbank concludeert dat het recht op informatie van internetgebruikers om de URL in de zoekresultaten te kunnen zien voorrang heeft. De verzoeken worden afgewezen.

IT 4187

Hoge Raad: geschil tussen advocaten

Hoge Raad 18 nov 2022, IT 4187; ECLI:NL:HR:2022:1697 (appellanten tegen geïntimeerde), https://www.itenrecht.nl/artikelen/hoge-raad-geschil-tussen-advocaten

HR 18 november 2022, IEF 21153, IT 4187; ECLI:NL:HR:2022:1697 (appellanten tegen geïntimeerde) Geschil tussen advocaten. Advocaat A is advocaat van Springfield en verweerder 3. Advocaat B1 is samen met advocaat B2 advocaat van Faraday en Hampton. Springfield heeft op grond van een schriftelijke geldleningsovereenkomst betaling gevorderd van Faraday en Hampton. Volgens Faraday en Hampton is de geldleningsovereenkomst vals. Hierover ontstaat een geschil, advocaat B1 beschuldigt in zijn pleitnota advocaat A van valsheid in geschrift. Appellanten vorderen advocaat B1 de beschuldigingen in te trekken, tot schriftelijke rectificatie over te gaan en zich te onthouden van smadelijke en negatieve uitlatingen over advocaat A. De voorzieningenrechter heeft de vordering afgewezen, het hof vernietigt dit vonnis. De Hoge Raad oordeelt dat de in het dictum van de bestreden uitspraak bedoelde uitlatingen niet door advocaat B1 zelf zijn gedaan. Het oordeel van het hof dat uit het samenstel van alle uitlatingen volgt dat advocaat B1 advocaat A ervan beschuldigt dat hij zijn cliënten heeft aangezet tot het vervalsen van de geldleningsovereenkomst en dat de uitlatingen aan advocaat B1 kunnen worden toegerekend is onbegrijpelijk.